Psalmen 108:2

Waak op, gij luit en harp! ik zal in den dageraad opwaken.

Richteren 5:12

Waak op, waak op, Debora, waak op, waak op, spreek een lied! maak u op, Barak! en leid uw gevangenen gevangen, gij zoon van Abinoam.

Psalmen 33:2

Looft den HEERE met de harp; psalmzingt Hem met de luit, en het tiensnarig instrument.

Psalmen 57:8

Waak op, mijn eer! waak op, gij, luit en harp! ik zal in den dageraad opwaken.

Psalmen 69:30

Ik zal Gods Naam prijzen met gezang, en Hem met dankzegging grootmaken.

Psalmen 81:2

Heft een psalm op, en geeft de trommel; de liefelijke harp met de luit.

Psalmen 92:1-4

Een psalm, een lied, op den sabbatdag. (1a) Het is goed, dat men den HEERE love, en Uw Naam psalmzinge, o Allerhoogste!

Psalmen 103:22

Looft den HEERE, al Zijn werken! aan alle plaatsen Zijner heerschappij. Loof den HEERE, mijn ziel!

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain