Psalmen 148:11
Gij koningen der aarde, en alle volken, gij vorsten, en alle rechters der aarde!
Psalmen 102:15
Dan zullen de heidenen den Naam des HEEREN vrezen, en alle koningen der aarde Uw heerlijkheid.
Psalmen 2:10-12
Nu dan, gij koningen, handelt verstandiglijk; laat u tuchtigen, gij rechters der aarde!
Psalmen 22:27-29
Alle einden der aarde zullen het gedenken, en zich tot den HEERE bekeren; en alle geslachten der heidenen zullen voor Uw aangezicht aanbidden.
Psalmen 66:1-4
Een lied, een psalm, voor den opperzangmeester. Juicht Gode, gij ganse aarde!
Psalmen 68:31-32
Prinselijke gezanten zullen komen uit Egypte; Morenland zal zich haasten zijn handen tot God uit te strekken.
Psalmen 72:10-11
De koningen van Tharsis en de eilanden zullen geschenken aanbrengen; de koningen van Scheba en Seba zullen vereringen toevoeren.
Psalmen 86:9
Al de heidenen, Heere! die Gij gemaakt hebt, zullen komen, en zullen zich voor Uw aanschijn nederbuigen, en Uw Naam eren.
Psalmen 138:4-5
Alle koningen der aarde zullen U, o HEERE! loven, wanneer zij gehoord zullen hebben de redenen Uws monds.
Spreuken 8:15-16
Door Mij regeren de koningen, en de vorsten stellen gerechtigheid.
Jesaja 49:23
En koningen zullen uw voedsterheren zijn, hun vorstinnen uw zoogvrouwen; zij zullen zich voor u buigen met het aangezicht ter aarde, en zij zullen het stof uwer voeten lekken; en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben, dat zij niet beschaamd zullen worden die Mij verwachten.
Jesaja 60:3
En de heidenen zullen tot uw licht gaan, en koningen tot den glans, die u is opgegaan.
Openbaring 21:24
En de volken, die zalig worden, zullen in haar licht wandelen; en de koningen der aarde brengen hun heerlijkheid en eer in dezelve.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd