Psalmen 49:8
(Want de verlossing hunner ziel is te kostelijk, en zal in eeuwigheid ophouden);
Job 36:18-19
Omdat er grimmigheid is, wacht u, dat Hij u misschien niet met een klop wegstote; zodat u een groot rantsoen er niet zou afbrengen.
Mattheüs 16:26
Want wat baat het een mens, zo hij de gehele wereld gewint, en lijdt schade zijner ziel? Of wat zal een mens geven, tot lossing van zijn ziel?
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd