Psalmen 93:4
Doch de HEERE in de hoogte is geweldiger dan het bruisen van grote wateren, dan de geweldige baren der zee.
Psalmen 65:7
Die het bruisen der zeeen stilt, het bruisen harer golven, en het rumoer der volken.
Psalmen 89:6
Want wie mag in den hemel tegen den HEERE geschat worden? Wie is den HEERE gelijk, onder de kinderen der sterken?
Psalmen 89:9
Gij heerst over de opgeblazenheid der zee; wanneer haar baren zich verheffen, zo stilt Gij ze.
Job 38:11
En zeide: Tot hiertoe zult gij komen, en niet verder, en hier zal hij zich stellen tegen den hoogmoed uwer golven.
Psalmen 92:8
Maar Gij zijt de Allerhoogste in eeuwigheid de HEERE!
Psalmen 114:3-5
De zee zag het, en vlood; de Jordaan keerde achterwaarts.
Jeremia 5:22
Zult gijlieden Mij niet vrezen? spreekt de HEERE; zult gij voor Mijn aangezicht niet beven? Die der zee het zand tot een paal gesteld heb, met een eeuwige inzetting, dat zij daarover niet zal gaan; ofschoon haar golven zich bewegen, zo zullen zij toch niet vermogen, ofschoon zij bruisen, zo zullen zij toch daarover niet gaan.
Markus 4:37-39
En er werd een grote storm van wind, en de baren sloegen over in het schip, alzo dat het nu vol werd.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd