Richteren 11:7

Maar Jeftha zeide tot de oudsten van Gilead: Hebt gijlieden mij niet gehaat, en mij uit mijn vaders huis verstoten? waarom zijt gij dan nu tot mij gekomen, terwijl gij in benauwdheid zijt?

Genesis 26:27

En Izak zeide tot hen: Waarom zijt gij tot mij gekomen, daar gij mij haat, en hebt mij van u weggezonden?

Genesis 37:27

Komt, en laat ons hem aan deze Ismaelieten verkopen, en onze hand zij niet aan hem; want hij is onze broeder, ons vlees, en zijn broederen hoorden hem.

Genesis 45:4-5

En Jozef zeide tot zijn broederen: Nadert toch tot mij! En zij naderden. Toen zeide hij: Ik ben Jozef, uw broeder, dien gij naar Egypte verkocht hebt.

Spreuken 17:17

Een vriend heeft te aller tijd lief; en een broeder wordt in de benauwdheid geboren.

Jesaja 60:14

Ook zullen, zich buigende, tot u komen de kinderen dergenen, die u onderdrukt hebben, en allen, die u gelasterd hebben zullen zich nederbuigen aan de planten uwer voeten; en zij zullen u noemen de stad des HEEREN, het Sion van den Heilige Israels.

Handelingen 7:9-14

En de patriarchen, nijdig zijnde, verkochten Jozef, om naar Egypte gebracht te worden; en God was met hem,

Openbaring 3:9

Zie, Ik geef u enigen uit de synagoge des satans, dergenen, die zeggen, dat zij Joden zijn, en zijn het niet, maar liegen; zie, Ik zal maken, dat zij zullen komen, en aanbidden voor uw voeten, en bekennen, dat Ik u liefheb.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd