Richteren 20:12

En de stammen van Israel zonden mannen door den gansen stam van Benjamin, zeggende: Wat voor een kwaad is dit, dat onder ulieden geschied is?

Deuteronomium 13:14

Zo zult gij onderzoeken, en naspeuren, en wel navragen; en ziet, het is de waarheid, de zaak is zeker, zulk een gruwel is in het midden van u gedaan;

Deuteronomium 20:10

Wanneer gij nadert tot een stad om tegen haar te strijden, zo zult gij haar den vrede toeroepen.

Jozua 22:13-16

En de kinderen Israels zonden aan de kinderen van Ruben, en aan de kinderen van Gad, en aan den halven stam van Manasse, in het land Gilead, Pinehas, den zoon van Eleazar, den priester;

Mattheüs 18:15-18

Maar indien uw broeder tegen u gezondigd heeft, ga heen en bestraf hem tussen u en hem alleen; indien hij u hoort, zo hebt gij uw broeder gewonnen.

Romeinen 12:18

Indien het mogelijk is, zoveel in u is, houdt vrede met alle mensen.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd