Romeinen 2:23
Die op de wet roemt, onteert gij God door de overtreding der wet?
Romeinen 2:17
Zie, gij wordt een Jood genaamd en rust op de wet; en roemt op God,
Johannes 5:45
Meent niet, dat Ik u verklagen zal bij den Vader; die u verklaagt, is Mozes, op welken gij gehoopt hebt.
Romeinen 9:4
Welke Israelieten zijn, welker is de aanneming tot kinderen, en de heerlijkheid, en de verbonden, en de wetgeving, en de dienst van God, en de beloftenissen;
Jeremia 8:8-9
Hoe zegt gij dan: Wij zijn wijs en de wet des HEEREN is bij ons! Ziet, waarlijk tevergeefs werkt de valse pen der schriftgeleerden.
Mattheüs 19:17-20
En Hij zeide tot hem: Wat noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan Een, namelijk God. Doch wilt gij in het leven ingaan, onderhoud de geboden.
Lukas 10:26-29
En Hij zeide tot hem: Wat is in de wet geschreven? Hoe leest gij?
Lukas 18:11
De Farizeer, staande, bad dit bij zichzelven: O God! ik dank U, dat ik niet ben gelijk de anderen mensen, rovers, onrechtvaardigen, overspelers; of ook gelijk deze tollenaar.
Johannes 9:28-29
Zij gaven hem dan scheldwoorden, en zeiden: Gij zijt Zijn discipel; maar wij zijn discipelen van Mozes.
Romeinen 3:2
Vele in alle manier; want dit is wel het eerste, dat hun de Woorden Gods zijn toebetrouwd.
Jakobus 1:22-27
En zijt daders des Woords, en niet alleen hoorders, uzelven met valse overlegging bedriegende.
Jakobus 4:16-17
Maar nu roemt gij in uw hoogmoed; alle zodanige roem is boos.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd