Romeinen 4:4

Nu dengene, die werkt, wordt het loon niet toegerekend naar genade, maar naar schuld.

Romeinen 11:6

En indien het door genade is, zo is het niet meer uit de werken; anderszins is de genade geen genade meer; en indien het is uit de werken, zo is het geen genade meer; anderszins is het werk geen werk meer.

Mattheüs 20:1-16

Want het Koninkrijk der hemelen is gelijk een heer des huizes, die met den morgenstond uitging, om arbeiders te huren in zijn wijngaard.

Romeinen 9:32

Waarom? Omdat zij die zochten niet uit het geloof, maar als uit de werken der wet, want zij hebben zich gestoten aan den steen des aanstoots;

Romeinen 11:35

Of wie heeft Hem eerst gegeven, en het zal hem wedervergolden worden?

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain