Spreuken 12:7

De goddelozen worden omgekeerd, dat zij niet meer zijn; maar het huis der rechtvaardigen zal bestaan.

Spreuken 10:25

Gelijk een wervelwind voorbijgaat, alzo is de goddeloze niet meer; maar de rechtvaardige is een eeuwige grondvest.

Spreuken 11:21

Hand aan hand zal de boze niet onschuldig zijn; maar het zaad der rechtvaardigen zal ontkomen.

Mattheüs 7:24-27

Een iegelijk dan, die deze Mijn woorden hoort en dezelve doet, dien zal Ik vergelijken bij een voorzichtig man, die zijn huis op een steenrots gebouwd heeft;

2 Samuël 7:16

Doch uw huis zal bestendig zijn, en uw koninkrijk tot in eeuwigheid, voor uw aangezicht; uw stoel zal vast zijn tot in eeuwigheid.

2 Samuël 7:26

En Uw Naam worde groot gemaakt tot in eeuwigheid, dat men zegge: De HEERE der heirscharen is God over Israel; en het huis van Uw knecht David zal bestendig zijn voor Uw aangezicht.

Esther 9:6-10

En in den burg Susan hebben de Joden gedood en omgebracht vijfhonderd mannen.

Esther 9:14

Toen zeide de koning, dat men alzo doen zou; en er werd een gebod gegeven te Susan, en men hing de tien zonen van Haman op.

Job 5:3-4

Ik heb gezien een dwaas wortelende; doch terstond vervloekte ik zijn woning.

Job 11:20

Maar de ogen der goddelozen zullen bezwijken, en de toevlucht zal van hen vergaan; en hun verwachting zal zijn de uitblazing der ziel.

Job 18:15-20

Zij zal wonen in zijn tent, waar zij de zijne niet is; zijn woning zal met zwavel overstrooid worden.

Job 27:18-23

Hij bouwt zijn huis als een motte, en als een hoeder de hutte maakt.

Job 34:25

Daarom dat Hij hun werken kent, zo keert Hij hen des nachts om, en zij worden verbrijzeld.

Psalmen 37:10

Vau. En nog een weinig, en de goddeloze zal er niet zijn; en gij zult acht nemen op zijn plaats, maar hij zal er niet wezen.

Psalmen 37:35-37

Resch. Ik heb gezien een gewelddrijvende goddeloze, die zich uitbreidde als een groene inlandse boom.

Psalmen 73:18-19

Immers zet Gij hen op gladde plaatsen; Gij doet hen vallen in verwoestingen.

Spreuken 14:1

Elke wijze vrouw bouwt haar huis; maar die zeer dwaas is, breekt het af met haar handen.

Spreuken 14:11

Het huis der goddelozen zal verdelgd worden; maar de tent der oprechten zal bloeien.

Spreuken 15:25

Het huis der hovaardigen zal de HEERE afrukken; maar de landpale der weduwe zal Hij vastzetten.

Spreuken 24:3-4

Door wijsheid wordt een huis gebouwd, en door verstandigheid bevestigd;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd