Spreuken 16:23

Het hart eens wijzen maakt zijn mond verstandig, en zal op zijn lippen de lering vermeerderen.

Spreuken 15:28

Het hart des rechtvaardigen bedenkt zich, om te antwoorden; maar de mond der goddelozen zal overvloediglijk kwade dingen uitstorten.

Psalmen 37:30-31

Pe. De mond des rechtvaardigen vermeldt wijsheid, en zijn tong spreekt het recht.

Psalmen 45:1

Een onderwijzing, een lied der liefde, voor den opperzangmeester, onder de kinderen van Korach, op Schoschannim. (1a) Mijn hart geeft een goede rede op; ik zegge mijn gedichten uit van een Koning; mijn tong is een pen eens vaardigen schrijvers.

Spreuken 22:17-18

Neig uw oor, en hoor de woorden der wijzen, en stel uw hart tot mijn wetenschap;

Mattheüs 12:34-35

Gij adderengebroedsels! hoe kunt gij goede dingen spreken, daar gij boos zijt? want uit den overvloed des harten spreekt de mond.

Colossenzen 3:16

Het woord van Christus wone rijkelijk in u, in alle wijsheid; leert en vermaant elkander, met psalmen en lofzangen, en geestelijke liederen, zingende den Heere met aangenaamheid in uw hart.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain