Spreuken 16:9

Het hart des mensen overdenkt zijn weg; maar de HEERE stiert zijn gang.

Jeremia 10:23

Ik weet, o HEERE! dat bij den mens zijn weg niet is; het is niet bij een man, die wandelt, dat hij zijn gang richte.

Psalmen 37:23

Mem. De gangen deszelven mans worden van den HEERE bevestigd; en Hij heeft lust aan zijn weg.

Spreuken 16:1

De mens heeft schikkingen des harten; maar het antwoord der tong is van den HEERE.

Spreuken 19:21

In het hart des mans zijn veel gedachten; maar de raad des HEEREN, die zal bestaan.

Spreuken 20:24

De treden des mans zijn van den HEERE; hoe zou dan een mens zijn weg verstaan?

Jesaja 46:10

Die van den beginne aan verkondigt het einde, en van ouds af die dingen, die nog niet geschied zijn; Die zegt: Mijn raad zal bestaan, en Ik zal al Mijn welbehagen doen.

Spreuken 21:30

Er is geen wijsheid, en er is geen verstand, en er is geen raad tegen den HEERE.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain