Spreuken 17:25

Een zotte zoon is een verdriet voor zijn vader, en bittere droefheid voor degene, die hem gebaard heeft.

Spreuken 10:1

De spreuken van Salomo. Een wijs zoon verblijdt den vader; maar een zot zoon is zijner moeder droefheid.

Spreuken 19:13

Een zotte zoon is zijn vader grote ellende; en de kijvingen ener vrouw als een gestadig druipen.

2 Samuël 13:1-22

En het geschiedde daarna, alzo Absalom, Davids zoon, een schone zuster had, welker naam was Thamar, dat Amnon, Davids zoon, haar lief kreeg.

Spreuken 15:20

Een wijs zoon zal den vader verblijden; maar een zot mens veracht zijn moeder.

Prediker 2:18-19

Ik haatte ook al mijn arbeid, dien ik bearbeid had onder de zon, dat ik dien zou achterlaten aan een mens, die na mij wezen zal.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain