Spreuken 20:12
Een horend oor, en een ziend oog heeft de HEERE gemaakt, ja, die beide.
Psalmen 94:9
Zou Hij, Die het oor plant, niet horen? zou Hij, Die het oog formeert, niet aanschouwen?
Exodus 4:11
En de HEERE zeide tot hem: Wie heeft den mens den mond gemaakt, of wie heeft den stomme, of dove, of ziende, of blinde gemaakt? Ben Ik het niet, de HEERE?
Psalmen 119:18
Ontdek mijn ogen, dat ik aanschouwe de wonderen van Uw wet.
Mattheüs 13:13-16
Daarom spreek Ik tot hen door gelijkenissen, omdat zij ziende niet zien, en horende niet horen, noch ook verstaan.
Handelingen 26:18
Om hun ogen te openen, en hen te bekeren van de duisternis tot het licht, en van de macht des satans tot God; opdat zij vergeving der zonden ontvangen, en een erfdeel onder de geheiligden, door het geloof in Mij.
Efeziërs 1:17-18
Opdat de God van onzen Heere Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid, u geve den Geest der wijsheid en der openbaring in Zijn kennis;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd