Spreuken 23:33
Uw ogen zullen naar vreemde vrouwen zien, en uw hart zal verkeerdheden spreken.
Genesis 19:32-38
Kom, laat ons onze vader wijn te drinken geven, en bij hem liggen, opdat wij van onze vader zaad in het leven behouden.
Psalmen 69:12
Die in de poort zitten, klappen van mij; en ik ben een snarenspel dergenen, die sterken drank drinken.
Spreuken 2:12
Om u te redden van den kwaden weg, van den man, die verkeerdheden spreekt;
Spreuken 31:5
Opdat hij niet drinke, en het gezette vergete, en de rechtzaak van alle verdrukten verandere.
Daniël 5:4
Zij dronken den wijn, en prezen de gouden, en de zilveren, de koperen, de ijzeren, de houten en de stenen goden.
Hosea 7:5
Het is de dag onzes konings; de vorsten maken hem krank door verhitting van den wijn; hij strekt zijn hand voort met de spotters.
Judas 1:12-13
Dezen zijn vlekken in uw liefdemaaltijden, en als zij met u ter maaltijd zijn, weiden zij zichzelven zonder vreze; zij zijn waterloze wolken, die van de winden omgedreven worden; zij zijn als bomen in het afgaan van de herfst, onvruchtbaar, tweemaal verstorven, en ontworteld;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd