Spreuken 25:11

Een rede, op zijn pas gesproken, is als gouden appelen in zilveren gebeelde schalen.

Spreuken 15:23

Een man heeft blijdschap in het antwoord zijns monds; en hoe goed is een woord op zijn tijd!

Jesaja 50:4

De Heere HEERE heeft Mij een tong der geleerden gegeven, opdat Ik wete met den moede een woord ter rechter tijd te spreken; Hij wekt allen morgen, Hij wekt Mij het oor, dat Ik hore, gelijk die geleerd worden.

Spreuken 24:26

Men zal de lippen kussen desgenen, die rechte woorden antwoordt.

Prediker 12:10

De prediker zocht aangename woorden uit te vinden, en het geschrevene is recht, woorden der waarheid.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain