Spreuken 31:10
Aleph. Wie zal een deugdelijke huisvrouw vinden? Want haar waardij is verre boven de robijnen.
Ruth 3:11
En nu, mijn dochter, vrees niet; al wat gij gezegd hebt, zal ik u doen; want de ganse stad mijns volks weet, dat gij een deugdelijke vrouw zijt.
Spreuken 12:4
Een kloeke huisvrouw is een kroon haars heren; maar die beschaamt maakt, is als verrotting in zijn beenderen.
Spreuken 19:14
Huis en goed is een erve van de vaderen; maar een verstandige vrouw is van den HEERE.
Spreuken 18:22
Die een vrouw gevonden heeft, heeft een goede zaak gevonden, en hij heeft welgevallen getrokken van den HEERE.
Spreuken 8:11
Want wijsheid is beter dan robijnen, en al wat men begeren mag, is met haar niet te vergelijken.
Job 28:18
De Ramoth en Gabisch zal niet gedacht worden; want de trek der wijsheid is meerder dan der Robijnen.
Spreuken 3:15
Zij is kostelijker dan robijnen en al; wat u lusten mag, is met haar niet te vergelijken.
Spreuken 20:15
Goud is er, en menigte van robijnen; maar de lippen de wetenschap zijn een kostelijk kleinood.
Prediker 7:28
Dewelke mijn ziel nog zoekt, maar ik heb haar niet gevonden: een man uit duizend heb ik gevonden; maar een vrouw onder die allen heb ik niet gevonden.
Hooglied 6:8-9
Er zijn zestig koninginnen en tachtig bijwijven, en maagden zonder getal.
Efeziërs 5:25-33
Gij mannen, hebt uw eigen vrouwen lief, gelijk ook Christus de Gemeente liefgehad heeft, en Zichzelven voor haar heeft overgegeven;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd