Meest Populaire Bijbelverzen in 1 Samuël 6

1 Samuël Rang:

26
VersbegrippenWagentjesJukVeeZuivelJong DierDierlijk NageslachtOngebruiktTwee Dieren

Nu dan, neemt en maakt een nieuwen wagen, en twee zogende koeien, op dewelke geen juk gekomen is; spant de koeien aan den wagen, en brengt haar kalveren van achter haar weder naar huis.

59
VersbegrippenWagentjesGoudDierenoffers Tegen Overtreding

Neemt dan de ark des HEEREN, en zet ze op den wagen, en legt de gouden kleinoden, die gij Hem ten schuloffer vergelden zult, in een koffertje aan haar zijde; en zendt ze weg, dat zij heenga.

73
VersbegrippenKansOnderscheidendNatuurlijke Rampen

Ziet dan toe, indien zij den weg van haar landpale opgaat naar Beth-Semes, zo heeft Hij ons dit groot kwaad gedaan; maar zo niet, zo zullen wij weten, dat Zijn hand ons niet geraakt heeft; het is ons een toeval geweest.

107
VersbegrippenHerfstTarwe

En die van Beth-Semes maaiden den tarweoogst in het dal, en als zij hun ogen ophieven, zagen zij de ark en verblijdden zich, als zij die zagen.

109
VersbegrippenLevietenOffer In OT

En de Levieten namen de ark des HEEREN af en het koffertje, dat daarbij was, waarin de gouden kleinoden waren, en zetten ze op dien groten steen; en die lieden van Beth-Semes offerden brandofferen, en slachtten slachtofferen den HEERE, op denzelven dag.

117
VersbegrippenFunctie Van De Ark Des VerbondsHet Doel Van De Ark Des VerbondsDoodstrafVoorbeelden Van De Toorn Van GodBloedbadHeiligschennisVijftig Tot Negentig DuizendDe Rondreizende ArkGod DodendGod Doodde Zijn MensenZalfolieDe Ark Des Verbonds

En de Heere sloeg onder die lieden van Beth-Semes, omdat zij in de ark des HEEREN gezien hadden; ja, Hij sloeg van het volk zeventig mannen, en vijftig duizend mannen. Toen bedreef het volk rouw, omdat de HEERE een groten slag onder het volk geslagen had.

119
VersbegrippenVijf Maanden En Meer

Als nu de ark des HEEREN zeven maanden in het land der Filistijnen geweest was,

122
VersbegrippenMuizen

En zij zetten de ark des HEEREN op den wagen, en het koffertje met de gouden muizen, en de beelden hunner spenen.

125
VersbegrippenDorpenMuizenVijf MensenVijf DingenPlaatsen Tot Op De Dag

Ook gouden muizen, naar het getal van alle steden der Filistijnen, onder de vijf vorsten, van de vaste steden af tot aan de landvlekken; en tot aan Abel, den groten steen, op denwelken zij de ark des HEEREN nedergesteld hadden, die tot op dezen dag is op den akker van Jozua, den Beth-semiet.

139
VersbegrippenJong DierDierlijk NageslachtTwee Dieren

En die lieden deden alzo, en namen twee zogende koeien, en spanden ze aan den wagen, en haar kalveren sloten zij in huis.

150
VersbegrippenNiet Opzij DraaienRichtingNatuurlijke Rampen

De koeien nu gingen recht in dien weg, op den weg naar Beth-Semes op een straat; zij gingen steeds voort, al loeiende, en weken noch ter rechter hand noch ter linkerhand; en de vorsten der Filistijnen gingen achter dezelve tot aan de landpale van Beth-Semes.

188
VersbegrippenHoutWagentjesHout SplijtenBrandhout

En de wagen kwam op den akker van Jozua, den Beth-semiet, en bleef daar staande; en daar was een grote steen, en zij kloofden het hout van den wagen, en offerden de koeien den HEERE ten brandoffer.

218
VersbegrippenHeersersVijf Mensen

En als de vijf vorsten der Filistijnen zulks gezien hadden, zo keerden zij weder op denzelven dag naar Ekron.

239
VersbegrippenTeruggave

Dit nu zijn de gouden spenen, die de Filistijnen aan den HEERE ten schuldoffer vergolden hebben: Voor Asdod een voor Gaza een, voor Askelot een, voor Gath een, voor Ekron een.

259
VersbegrippenZelfverantwoordingZelfgerechtigheid En Het EvangelieVermogen Om Te Weerstaan

Toen zeiden de lieden van Beth-Semes: Wie zou kunnen bestaan voor het aangezicht van de HEERE, dezen heiligen God? En tot wien van ons zal Hij optrekken?

291
VersbegrippenVrijheid Van De WilHardheid Van HartStijfkoppige MensenKoppige Individuen

Waarom toch zoudt gijlieden uw hart verzwaren, gelijk de Egyptenaars en Farao hun hart verzwaard hebben? Hebben zij niet, toen Hij wonderlijk met hen gehandeld had, hen laten trekken, dat zij heengingen?

293

Zo zonden zij boden tot de inwoners van Kirjath-Jearim, zeggende: De Filistijnen hebben de ark des HEEREN wedergebracht; komt af, haalt ze opwaarts tot u.

300
VersbegrippenGoudMuizenVijf MensenVijf DierenVijf Dingen

Toen zeiden zij: Welk is dat schuldoffer, dat wij Hem vergelden zullen? En zij zeiden: Vijf gouden spenen, en vijf gouden muizen, naar het getal van de vorsten der Filistijnen; want het is enerlei plaag over u allen, en over uw vorsten.

302
VersbegrippenZoals Wezen

Zo maakt dan beelden uwer spenen, en beelden uwer muizen, die het land verderven, en geeft den God van Israel de eer; misschien zal Hij Zijn hand verlichten van over ulieden, en van over uw god, en van over uw land.

312

Zo riepen de Filistijnen de priesters en de waarzeggers, zeggende: Wat zullen wij met de ark des HEEREN doen? Laat ons weten, waarmede wij ze aan haar plaats zenden zullen.

313
VersbegrippenHand Van GodDierenoffers Tegen OvertredingLege DingenGod Geneest

Zij dan zeiden: Indien gij de ark des Gods van Israel wegzendt, zendt haar niet ledig weg, maar vergeldt Hem ganselijk een schuldoffer; dan zult gij genezen worden, en ulieden zal bekend worden, waarom Zijn hand van u niet afwijkt.