Most Popular Bible Verses in Genesis 42

Genesis Rank:

554
VersbegrippenAandachtig Naar Mensen KijkenSituaties Zien

Toen Jakob zag, dat er koren in Egypte was, zo zeide Jakob tot zijn zonen: Waarom ziet gij op elkander?

891
VersbegrippenSchuldig GewetenMenselijke Aspecten Van SchuldVoorbeelden Van Getroffen HeiligenSchuldig BevondenMensen Zonder GenadeWaarom Het GebeurdeMenselijk Besef Van Schuld

Toen zeiden zij de een tot den ander: Voorwaar, wij zijn schuldig aan onzen broeder, wiens benauwdheid der ziele wij zagen, toen hij ons om genade bad; maar wij hoorden niet! daarom komt deze benauwdheid over ons.

929
VersbegrippenMensen TegenIndividuen Die OverlijdenVerlies

Toen zeide Jakob, hun vader, tot hen: Gij berooft mij van kinderen! Jozef is er niet, en Simeon is er niet; nu zult gij Benjamin wegnemen! al deze dingen zijn tegen mij!

976
VersbegrippenMeemaken Van VerliesHet GrafLiefde En De WereldVerdrietOuderlijke LiefdeGetroffen Door De DoodGrijsEnige OverlevendenDood Van Anonieme Individuen

Maar hij zeide: Mijn zoon zal met ulieden niet aftrekken; want zijn broeder is dood, en hij is alleen overgebleven; zo hem een verderf ontmoette op den weg, dien gij zult gaan, zo zoudt gij mijn grauwe haren met droefenis ten grave doen nederdalen.

996
VersbegrippenBuigenBestuurdersBuigen Voor Jozef

Jozef nu was regent over dat land; hij verkocht aan al het volk des lands; en Jozefs broederen kwamen, en bogen zich voor hem, met de aangezichten ter aarde.

1109
VersbegrippenUitrusting, FysiekOnbepaalde Sommen GeldMensen Die Zorgen Voor Voedsel

En Jozef gebood, dat men hun zakken met koren vullen zou, en dat men hun geld wederkeerde, een iegelijk in zijn zak, en dat men hun teerkost gave tot den weg; en men deed hun alzo.

1127
VersbegrippenSpionerenMensen Die HerinnerenOnbewaaktKwetsbaarheid

Toen gedacht Jozef aan de dromen, die hij van hen gedroomd had; en hij zeide tot hen: Gij zijt verspieders, gij zijt gekomen om te bezichtigen, waar het land bloot is.

1163
VersbegrippenEmotionele Aspecten Van LijdenVerdrietVastbinden

Toen wendde hij zich om, van hen af, en weende; daarna keerde hij weder tot hen, en sprak tot hen, en nam Simeon van hen, en bond hem voor hun ogen.

1226
VersbegrippenHerbergenKribbesDe Daad Van OpenenContainers OpenenDieren VoedenOnbepaalde Sommen GeldTijdelijk Blijven

Toen een zijn zak opendeed, om zijn ezel voeder te geven in de herberg, zo zag hij zijn geld; want ziet, het was in den mond van zijn zak.

1230
VersbegrippenDrie DagenGevangenis

En hij zette hen samen drie dagen in bewaring.

1236
VersbegrippenBloed Als Symbool Van SchoolOordeel Over MoordenaarsAndere Mensen Kwaad BerokkenenBoekhouden

En Ruben antwoordde hun, zeggende: Heb ik het tot u niet gezegd, toen ik zeide: Zondigt niet aan dezen jongeling! maar gij hoordet niet; en ook zijn bloed, ziet, het wordt gezocht!

1241
VersbegrippenVoorwendselBewustzijnEten KopenMensen HerkennenVermommingenWaar Vandaan?

Als Jozef zijn broederen zag, zo kende hij hen; maar hij hield zich vreemd jegens hen, en sprak hard met hen, en zeide tot hen: Van waar komt gij? En zij zeiden: Uit het land Kanaan; om spijze te kopen.

1270
VersbegrippenBezoekenDoor De Mens In Leven Gehouden Worden

Voorts zeide hij: Ziet, ik heb gehoord, dat er koren in Egypte is; trekt daarhenen af, en koopt ons koren van daar, opdat wij leven en niet sterven.

1272
VersbegrippenCamouflageTalen VertolkenOnwetendheid Van Feiten

En zij wisten niet, dat het Jozef hoorde; want daar was een taalman tussen hen.

1279
VersbegrippenGevangenenSpionerenMensen Die Mensen Sturen

Zendt een uit u, die uw broeder hale; maar weest gijlieden gevangen, en uw woorden zullen beproefd worden, of de waarheid bij u zij; en indien niet, zo waarlijk als Farao leeft, zo zijt gij verspieders!

1319
VersbegrippenMensen HerkennenGeen Mensen HerkennenKwetsbaarheid

Jozef dan kende zijn broederen; maar zij kenden hem niet.

1337
VersbegrippenTwee Zonen

Toen sprak Ruben tot zijn vader, zeggende: Dood twee mijner zonen, zo ik hem tot u niet wederbreng; geef hem in mijn hand, en ik zal hem weder tot u brengen!

1346
VersbegrippenSpioneren

Die man, de heer van dat land, heeft hard met ons gesproken; en hij heeft ons gehouden voor verspieders des lands.

1358
VersbegrippenMenselijk HartMenselijke EmotieIndividuen Die BevenWat Doet God?Onbepaalde Sommen GeldAndere Verdrietige Mensen

En hij zeide tot zijn broederen: Mijn geld is wedergekeerd; daartoe ook, ziet, het is in mijn zak! Toen ontging hun het hart, en zij verschrikten, de een tot den ander zeggende: Wat is dit, dat ons God gedaan heeft?

1360
VersbegrippenVertellen Over Gebeurtenissen

En zij kwamen in het land Kanaan, tot Jakob, hun vader; en zij gaven hem te kennen al hun wedervaren, zeggende:

1361
VersbegrippenGebruik Van Geld

Alzo kwamen Israels zonen om te kopen onder degenen, die daar kwamen; want de honger was in het land Kanaan.

1400
VersbegrippenHet Jongste KindIndividuen Die OverlijdenTwaalf WezensOverlijdenKwetsbaarheid

En zij zeiden: Wij, uw knechten, waren twaalf gebroeders, eens mans zonen, in het land Kanaan; en zie, de kleinste is heden bij onzen vader; doch de een is niet meer.

1409
VersbegrippenPartijdigheidAngst Voor Andere Dingen

Doch Benjamin, Jozefs broeder, zond Jakob niet met zijn broederen; want hij zeide: Opdat hem niet misschien het verderf ontmoete!

1412
VersbegrippenTien Mensen

Toen togen Jozefs tien broederen af, om koren uit Egypte te kopen.

1415
VersbegrippenSpioneren

Toen zeide Jozef tot hen: Dat is het, wat ik tot u gesproken heb, zeggende: Gij zijt verspieders!

1425
VersbegrippenHandelHet Jongste KindSpionerenHerstel Van Mensen

En brengt uw kleinsten broeder tot mij; zo zal ik weten, dat gij geen verspieders zijt, maar dat gij vroom zijt; uw broeder zal ik u wedergeven, en gij zult in dit land handelen.

1446
VersbegrippenZilverLegenOnbepaalde Sommen Geld

En het geschiedde, als zij hun zakken ledigden, ziet, zo had een iegelijk den bundel zijns gelds in zijn zak; en zij zagen de bundelen huns gelds, zij en hun vader, en zij waren bevreesd.

1463
VersbegrippenGevangenschapMensen Die Zorgen Voor Voedsel

Zo gij vroom zijt, zo zij een uwer broederen gebonden in het huis uwer bewaring; en gaat gij heen, brengt het koren voor den honger uwer huizen.

1471
VersbegrippenHet Jongste Kind

Hierin zult gij beproefd worden: zo waarlijk als Farao leeft! indien gij van hier zult uitgaan, tenzij dan, wanneer uw kleinste broeder herwaarts zal gekomen zijn!

1484
VersbegrippenSpioneren

Maar wij zeiden tot hem: Wij zijn vroom; wij zijn geen verspieders.

1490
VersbegrippenEzelsUitzetten

En zij laadden hun koren op hun ezels, en togen van daar.

1499
VersbegrippenHet Jongste Kind

En brengt uw kleinsten broeder tot mij, zo zullen uw woorden waargemaakt worden; en gij zult niet sterven. En zij deden alzo.

1502
VersbegrippenSpionerenKwetsbaarheid

Wij allen zijn eens mans zonen; wij zijn vroom; uw knechten zijn geen verspieders.

1503
VersbegrippenMensen Die Mensen Verlaten

En die man, de heer van dat land, zeide tot ons: Hieraan zal ik bekennen, dat gijlieden vroom zijt; laat een uwer broederen bij mij, en neemt voor den honger uwer huizen, en trekt heen.

1514
VersbegrippenNummer TwaalfHet Jongste KindIndividuen Die OverlijdenTwaalf Wezens

Wij waren twaalf gebroeders, zonen van onzen vader; de een is niet meer, en de kleinste is heden bij onzen vader in het land Kanaan.

1522
VersbegrippenOnbewaaktKwetsbaarheid

En hij zeide tot hen: Neen, maar gij zijt gekomen, om te bezichtigen, waar het land bloot is.

1530
VersbegrippenEten KopenKwetsbaarheid

En zij zeiden tot hem: Neen, mijn heer! maar uw knechten zijn gekomen, om spijze te kopen.