28 Bijbelverzen over Altaren

Meest relevante verzen

Hebreeën 13:10

Wij hebben een altaar, van hetwelk geen macht hebben te eten, die den tabernakel dienen.

1 Corinthiërs 9:13

Weet gij niet, dat degenen, die de heilige dingen bedienen, van het heilige eten? en die steeds bij het altaar zijn, met het altaar delen?

Mattheüs 5:23-24

Zo gij dan uw gave zult op het altaar offeren, en aldaar gedachtig wordt, dat uw broeder iets tegen u heeft; Laat daar uw gave voor het altaar, en gaat heen, verzoent u eerst met uw broeder, en komt dan en offert uw gave.

Exodus 24:4

Mozes nu beschreef al de woorden des HEEREN, en hij maakte zich des morgens vroeg op, en hij bouwde een altaar onder aan den berg, en twaalf kolommen, naar de twaalf stammen van Israel.

Genesis 13:18

En Abram sloeg tenten op, en kwam en woonde aan de eikenbossen van Mamre, die bij Hebron zijn; en hij bouwde aldaar den HEERE een altaar.

Genesis 22:9

En zij kwamen ter plaatse, die hem God gezegd had; en Abraham bouwde aldaar een altaar, en hij schikte het hout, en bond zijn zoon Izak, en legde hem op het altaar boven op het hout.

Genesis 26:25

Toen bouwde hij daar een altaar, en riep den Naam des HEEREN aan. En hij sloeg aldaar zijn tent op; en Izaks knechten groeven daar een put.

Genesis 33:20

En hij richte aldaar een altaar op, en noemde het: De God Israels is God!

Genesis 35:7

En hij bouwde aldaar een altaar, en noemde die plaats El Beth-El; want God was hem aldaar geopenbaard geweest, als hij voor zijns broeders aangezicht vlood.

Numberi 15:14

Wanneer ook een vreemdeling bij u als vreemdeling verkeert, of die in het midden van u is, in uw geslachten, en hij een vuuroffer zal bereiden tot een liefelijken reuk den HEERE; gelijk als gij zult doen, alzo zal hij doen.

Genesis 8:21

En de HEERE rook dien liefelijken reuk, en de HEERE zeide in Zijn hart: Ik zal voortaan den aardbodem niet meer vervloeken om des mensen wil; want het gedichtsel van 's mensen hart is boos van zijn jeugd aan; en Ik zal voortaan niet meer al het levende slaan, gelijk als Ik gedaan heb.

Richteren 6:25

En het geschiedde in dienzelven nacht, dat de HEERE tot hem zeide: Neem een var van de ossen, die van uw vader zijn, te weten, den tweeden var, van zeven jaren; en breek af het altaar van Baal, dat van uw vader is, en houw af het bos, dat daarbij is.

1 Samuël 14:35

Toen bouwde Saul den HEERE een altaar; dit was het eerste altaar, dat hij den HEERE bouwde.

2 Samuël 24:25

En David bouwde aldaar den HEERE een altaar, en offerde brandofferen en dankofferen. Alzo werd de HEERE den lande verbeden, en deze plage van over Israel opgehouden.

1 Koningen 18:16

Toen ging Obadja Achab tegemoet, en zeide het hem aan; en Achab ging Elia tegemoet.

Hosea 8:11

Omdat Efraim de altaren vermenigvuldigd heeft tot zondigen, zo zijn hem de altaren geworden tot zondigen.

Maleachi 1:10

Wie is er ook onder u, die de deuren om niet toesluit? En gij steekt het vuur niet aan op Mijn altaar om niet. Ik heb geen lust aan u, zegt de HEERE der heirscharen, en het spijsoffer is Mij van uw hand niet aangenaam.

Topics on Altaren

Altaren Bouwen

Numberi 23:1

Toen zeide Bileam tot Balak: Bouw mij hier zeven altaren, en bereid mij hier zeven varren en zeven rammen.

Altaren Gemaakt Van

Exodus 20:24

Maakt Mij een altaar van aarde, en offert daarop uw brandofferen, en uw dankofferen, uw schapen, en uw runderen; aan alle plaats, waar Ik Mijns Naams gedachtenis stichten zal, zal Ik tot u komen, en zal u zegenen.

Heidense Altaren

1 Koningen 16:32

En hij richtte voor Baal een altaar op, in het huis van Baal, hetwelk hij te Samaria gebouwd had.

Kopieën Van Altaren

Jozua 22:28

Daarom zeiden wij: Wanneer het geschiedt, dat zij morgen alzo tot ons en tot onze geslachten zeggen zullen; zo zullen wij zeggen: Ziet de gedaante van het altaar des HEEREN, hetwelk onze vaderen gemaakt hebben, niet ten brandoffer, noch ten offer; maar het is een getuige tussen ons en tussen ulieden.

Never miss a post

Public domain