7 Bijbelverzen over Dassen

Meest relevante verzen

Exodus 26:14

Gij zult ook voor de tent een deksel maken van roodgeverfde ramsvellen, en daarover een deksel van dassenvellen.

Exodus 35:7

En roodgeverfde ramsvellen, en dassenvellen, en sittimhout;

Ezechiël 16:10

Ik bekleedde u ook met gestikt werk, en Ik schoeide u met dassenvellen, en omgordde u met fijn linnen, en bedekte u met zijde.

Leviticus 11:5

En het konijntje, want het herkauwt wel, maar verdeelt den klauw niet; dat zal u onrein zijn;

Deuteronomium 14:7

Maar deze zult gij niet eten, van degenen, die alleen herkauwen, of van degenen, die den gekloofden klauw alleen verdelen: den kemel, en den haas, en het konijn; want deze herkauwen wel, maar zij verdelen den klauw niet; onrein zullen zij ulieden zijn.

Psalmen 104:18

De hoge bergen zijn voor de steenbokken; de steenrotsen zijn een vertrek voor de konijnen.

Spreuken 30:26

De konijnen zijn een machteloos volk; nochtans stellen zij hun huis in den rotssteen.

Never miss a post

Public domain