66 Bijbelvers over Niet Sterven

Meest relevante verzen

Lukas 2:26

En hem was een Goddelijke openbaring gedaan door den Heiligen Geest, dat hij den dood niet zien zoude, eer hij den Christus des Heeren zou zien.

Mattheüs 16:28

Voorwaar zeg Ik u: Er zijn sommigen van die hier staan, dewelke den dood niet smaken zullen, totdat zij den Zoon des mensen zullen hebben zien komen in Zijn Koninkrijk.

Markus 9:1

En Hij zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, dat er sommigen zijn van degenen, die hier staan, die den dood niet zullen smaken, totdat zij zullen hebben gezien, dat het Koninkrijk Gods met kracht gekomen is.

Lukas 9:27

En Ik zeg u waarlijk: Er zijn sommigen dergenen, die hier staan, die den dood niet zullen smaken, totdat zij het Koninkrijk Gods zullen gezien hebben.

Richteren 6:23

Doch de HEERE zeide tot hem: Vrede zij u, vrees niet, gij zult niet sterven.

Habakuk 1:12

Zijt Gij niet van ouds af de HEERE, mijn God, mijn Heilige? Wij zullen niet sterven; o HEERE! tot een oordeel hebt Gij hem gesteld, en o Rots! om te straffen, hebt Gij hem gegrondvest.

1 Samuël 15:32

Toen zeide Samuel: Breng Agag, den koning der Amalekieten, hier tot mij; Agag nu ging tot hem weeldelijk; en Agag zeide: Voorwaar, de bitterheid des doods is geweken!

Psalmen 118:18

De HEERE heeft mij wel hard gekastijd; maar Hij heeft mij ter dood niet overgegeven.

Psalmen 119:92

Indien Uw wet niet ware geweest al mijn vermaking, ik ware in mijn druk al lang vergaan.

Jona 3:9

Wie weet, God mocht Zich wenden, en berouw hebben; en Hij mocht Zich wenden van de hittigheid Zijns toorns, dat wij niet vergingen!

Jona 1:14

Toen riepen zij tot den HEERE, en zeiden: Och HEERE! laat ons toch niet vergaan om dezes mans ziel, en leg geen onschuldig bloed op ons; want Gij, HEERE! hebt gedaan, gelijk als het U heeft behaagd.

Jona 1:6

En de opperschipper naderde tot hem, en zeide tot hem: Wat is u, gij hardslapende? Sta op, roep tot uw God, misschien zal die God aan ons gedenken, dat wij niet vergaan.

Markus 5:39

En ingegaan zijnde, zeide Hij tot hen: Wat maakt gij beroerte, en wat weent gij? Het kind is niet gestorven, maar het slaapt.

Johannes 11:2

(Maria nu was degene, die den Heere gezalfd heeft met zalf, en Zijn voeten afgedroogd heeft met haar haren; welker broeder Lazarus krank was.)

Johannes 11:21

Zo zeide Martha dan tot Jezus: Heere, waart Gij hier geweest, zo ware mijn broeder niet gestorven;

Johannes 11:32

Maria dan, als zij kwam, waar Jezus was, en Hem zag, viel aan Zijn voeten, zeggende tot Hem: Heere, indien Gij hier geweest waart, zo ware mijn broeder niet gestorven.

Johannes 11:37

En sommigen uit hen zeiden: Kon Hij, Die de ogen des blinden geopend heeft, niet maken, dat ook deze niet gestorven ware?

Jona 2:6

Ik was nedergedaald tot de gronden der bergen; de grendelen der aarde waren om mij henen in eeuwigheid; maar Gij hebt mijn leven uit het verderf opgevoerd, o HEERE, mijn God!

Numberi 16:48

En hij stond tussen de doden en tussen de levenden; alzo werd de plaag opgehouden.

1 Samuël 12:19

En al het volk zeide tot Samuel: Bid voor uw knechten den HEERE, uw God, dat wij niet sterven; want boven al onze zonden hebben wij dit kwaad daartoe gedaan, dat wij voor ons een kong begeerd hebben.

Jesaja 28:18

En ulieder verbond met den dood zal te niet worden, en uw voorzichtig verdrag met de hel zal niet bestaan; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, dan zult gijlieden van denzelven vertreden worden.

Handelingen 27:24

Zeggende: Vrees niet, Paulus, gij moet voor den keizer gesteld worden; en zie, God heeft u geschonken allen, die met u varen.

Exodus 10:17

En nu vergeeft mij toch mijn zonde alleen ditmaal, en bidt vuriglijk tot den HEERE, uw God, dat Hij slechts dezen dood van mij wegneme.

Psalmen 33:19

Om hun ziel van den dood te redden, en om hen bij het leven te houden in den honger.

Psalmen 102:20

Om het zuchten der gevangenen te horen, om los te maken de kinderen des doods;

Psalmen 9:13

Wees mij genadig, HEERE, zie mijn ellende aan, van mijn haters mij aangedaan, Gij, Die mij verhoogt uit de poorten des doods;

Psalmen 56:13

[ (Psalms 56:14) Want Gij hebt mijn ziel gered van den dood; ook niet mijn voeten van aanstoot, om voor Gods aangezicht te wandelen in het licht der levenden? ]

Psalmen 86:13

Want Uw goedertierenheid is groot over mij; en Gij hebt mijn ziel uit het onderste des grafs uitgerukt.

Psalmen 79:11

Laat het gekerm der gevangenen voor Uw aanschijn komen; behoud overig de kinderen des doods, naar de grootheid Uws arms.

Psalmen 49:7-8

Niemand van hen zal zijn broeder immermeer kunnen verlossen; hij zal Gode zijn rantsoen niet kunnen geven; (Want de verlossing hunner ziel is te kostelijk, en zal in eeuwigheid ophouden);

Psalmen 49:9

Dat hij ook voortaan geduriglijk zou leven, en de verderving niet zien.

Spreuken 15:24

De weg des levens is den verstandige naar boven; opdat hij afwijke van de hel, beneden.

Job 4:7

Gedenk toch, wie is de onschuldige, die vergaan zij; en waar zijn de oprechten verdelgd?

Genesis 12:13

Zeg toch: Gij zijt mijn zuster; opdat het mij wel ga om u, en mijn ziel om uwentwil leve.

Hebreeën 11:5

Door het geloof is Enoch weggenomen geweest, opdat hij den dood niet zou zien; en hij werd niet gevonden, daarom dat hem God weggenomen had; want voor zijn wegneming heeft hij getuigenis gehad, dat hij Gode behaagde.

2 Koningen 2:11

En het gebeurde, als zij voortgingen, gaande en sprekende, ziet, zo was er een vurige wagen met vurige paarden, die tussen hen beiden scheiding maakten. Alzo voer Elia met een onweder ten hemel.

1 Corinthiërs 15:51

Ziet, ik zeg u een verborgenheid: wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden;

Johannes 21:23

Dit woord dan ging uit onder de broederen, dat deze discipel niet zou sterven. En Jezus had tot hem niet gezegd, dat hij niet sterven zou, maar: Indien Ik wil, dat hij blijve, totdat Ik kome, wat gaat het u aan?

Johannes 3:16
VersbegrippenKanker GenezenGods Liefde In ChristusEeuwigdurendGevenGod Geeft Zijn ZoonGods Liefde Voor OnsEeuwigheidDe WereldGods LiefdeVaderliefdeGeliefd ZijnHouden Van IedereenNooit OpgevenKoelVerzoeningAanvaarden Van ChristusChristen WordenAmbassadeursEen Perfecte Christen ZijnOntzagwekkende GodBaby JezusEen Licht ZijnDaden Van GoedheidTroostenWedergeboren WordenEen Pelgrim ZijnLiefdesverdrietGenade En Jezus ChristusActiesGods VrijgevigheidGevolgen Van De Val Van De MensDe Eerstgeborene OfferenDe Nakomelingen Van AdamUniekGods Houding Tot MensenHet Geschenk Van Eeuwig LevenGered Door GeloofRedding Als Een GeschenkDe Aard Van LiefdeKerstmisGezegend ZijnSpirituele DoodZonsondergangGeschenken Van God, SpiritueelDe Liefde Van GodDeel Uitmaken Van De Familie Van GodEnkel De Zoon Van GodHoop Voor De OngelovigenGeloof ReddenMissie Van Jezus ChristusDe Rol Van Jezus In De VerlossingEen Zegen ZijnWijdsheidOmgaan Met DoodHet Lijden Van GodDe Aard Van GeloofEeuwige VeiligheidLiefde Als Een Vrucht Van De GeestEens Gered Altijd GeredLiefdeKindofferVlechtenVermogen, Van God Om Te VerlossenDe Relatie Van Christus Tot GodGoddelijk HartGeloof Als De Basis Van ReddingWeten Dat Ik Gered BenGeschenkenAard Van De Unie Met GodSpirituele ZegeningenDe Aard Van Eeuwig LevenLeven Door GeloofVerlies Van Een GeliefdeEeuwig Leven

Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.

Johannes 6:50

Dit is het Brood, dat uit den hemel nederdaalt, opdat de mens daarvan ete, en niet sterve.

Johannes 8:52

De Joden dan zeiden tot Hem: Nu bekennen wij, dat Gij den duivel hebt. Abraham is gestorven, en de profeten; en zegt Gij: Zo iemand Mijn woord bewaard zal hebben, die zal den dood niet smaken in der eeuwigheid?

Exodus 21:18

En wanneer mannen twisten, en de een slaat den ander met een steen, of met een vuist, en hij sterft niet, maar valt te bedde;

Exodus 9:4

En de HEERE zal een afzondering maken tussen het vee der Israelieten, en tussen het vee der Egyptenaren, dat er niets sterve van al wat van de kinderen Israels is.

Exodus 9:6

En de HEERE deed deze zaak des anderen daags; en al het vee der Egyptenaren stierf; maar van het vee der kinderen Israels stierf niet een.

Exodus 9:7

En Farao zond er heen, en ziet, van het vee van Israel was niet tot een toe gestorven. Doch het hart van Farao werd verzwaard, en hij liet het volk niet trekken.

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain