11 Bijbelvers over Oogsters

Meest relevante verzen

Amos 9:13

Ziet, de dagen komen, spreekt de HEERE, dat de ploeger den maaier, en de druiventreder den zaadzaaier genaken zal; en de bergen zullen van zoeten wijn druipen, en al de heuvelen zullen smelten.

2 Koningen 4:18

Toen nu het kind groot werd, geschiedde het op een dag, dat het uitging tot zijn vader, tot de maaiers.

Mattheüs 9:38

Bidt dan den Heere des oogstes, dat Hij arbeiders in Zijn oogst uitstote.

Lukas 10:2

Hij zeide dan tot hen: De oogst is wel groot, maar de arbeiders zijn weinige; daarom, bidt den Heere des oogstes, dat Hij arbeiders in Zijn oogst uitstote.

Psalmen 126:6

Die het zaad draagt, dat men zaaien zal, gaat al gaande en wenende; maar voorzeker zal hij met gejuich wederkomen, dragende zijn schoven.

Johannes 4:36

En die maait, ontvangt loon, en vergadert vrucht ten eeuwigen leven; opdat zich te zamen verblijde, beide, die zaait en die maait.

Johannes 4:37

Want hierin is die spreuk waarachtig: Een ander is het, die zaait, en een ander, die maait.

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain