45 Bible Verses about Samenwerken

Meest relevante verzen

Romans 8:28

En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn.

1 Corinthians 3:9

Want wij zijn Gods medearbeiders; Gods akkerwerk, Gods gebouw zijt gij.

2 Corinthians 6:1

En wij, als medearbeidende, bidden u ook, dat gij de genade Gods niet tevergeefs moogt ontvangen hebben.

Psalm 133:1

Een lied Hammaaloth, van David. Ziet, hoe goed en hoe liefelijk is het, dat broeders ook samenwonen.

Romans 12:4

Want gelijk wij in een lichaam vele leden hebben, en de leden alle niet dezelfde werking hebben;

Philippians 2:2

Zo vervult mijn blijdschap, dat gij moogt eensgezind zijn, dezelfde liefde hebbende, van een gemoed en van een gevoelen zijnde.

Romans 15:6

Opdat gij eendrachtelijk, met een mond, moogt verheerlijken den God en Vader van onzen Heere Jezus Christus.

Philippians 1:27

Alleenlijk wandelt waardiglijk het Evangelie van Christus, opdat, hetzij ik kom en u zie, hetzij ik afwezig ben, ik van uw zaken moge horen, dat gij staat in een geest, met een gemoed gezamenlijk strijdende door het geloof des Evangelies;

Ephesians 4:12

Tot de volmaking der heiligen, tot het werk der bediening, tot opbouwing des lichaams van Christus;

James 2:22

Ziet gij wel, dat het geloof mede gewrocht heeft met zijn werken, en het geloof volmaakt is geweest uit de werken?

1 Corinthians 12:12

Want gelijk het lichaam een is, en vele leden heeft, en al de leden van dit ene lichaam, vele zijnde, maar een lichaam zijn, alzo ook Christus.

Philippians 1:5

Over uw gemeenschap aan het Evangelie, van den eersten dag af tot nu toe;

Matthew 24:40

Alsdan zullen er twee op den akker zijn, de een zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden.

Genesis 11:6

En de HEERE zeide: Ziet, zij zijn enerlei volk, en hebben allen enerlei spraak; en dit is het, dat zij beginnen te maken; maar nu, zoude hun niet afgesneden worden al wat zij bedacht hebben te maken?

1 Corinthians 12:27

En gijlieden zijt het lichaam van Christus, en leden in het bijzonder.

Colossians 3:14

En boven dit alles doet aan de liefde, dewelke is de band der volmaaktheid.

Ephesians 2:22

Op Welken ook gij mede gebouwd wordt tot een woonstede Gods in den Geest.

Ephesians 4:16

Uit Welken het gehele lichaam bekwamelijk samengevoegd en samen vastgemaakt zijnde, door alle voegselen der toebrenging, naar de werking van een iegelijk deel in zijn maat, den wasdom des lichaams bekomt, tot zijns zelfs opbouwing in de liefde.

Acts 2:44

En allen, die geloofden, waren bijeen, en hadden alle dingen gemeen;

Romans 12:5

Alzo zijn wij velen een lichaam in Christus, maar elkeen zijn wij elkanders leden.

2 Corinthians 1:24

Niet dat wij heerschappij voeren over uw geloof, maar wij zijn medewerkers uwer blijdschap; want gij staat door het geloof.

1 Corinthians 12:15

Indien de voet zeide: Dewijl ik de hand niet ben, zo ben ik van het lichaam niet; is hij daarom niet van het lichaam?

1 Corinthians 3:8

En die plant, en die nat maakt, zijn een; maar een iegelijk zal zijn loon ontvangen naar zijn arbeid.

1 Corinthians 12:25

Opdat geen tweedracht in het lichaam zij, maar de leden voor elkander gelijke zorg zouden dragen.

1 Corinthians 12:18

Maar nu heeft God de leden gezet, een iegelijk van dezelve in het lichaam, gelijk Hij gewild heeft.

2 Timothy 1:9

Die ons heeft zalig gemaakt, en geroepen met een heilige roeping; niet naar onze werken, maar naar Zijn eigen voornemen en genade, die ons gegeven is in Christus Jezus, voor de tijden der eeuwen;

Philippians 3:14

Maar een ding doe ik, vergetende, hetgeen achter is, en strekkende mij tot hetgeen voor is, jaag ik naar het wit, tot den prijs der roeping Gods, die van boven is in Christus Jezus.

Ecclesiastes 4:9

Twee zijn beter dan een; want zij hebben een goede beloning van hun arbeid;

3 John 1:8

Wij dan zijn schuldig de zodanigen te ontvangen, opdat wij medearbeiders mogen worden der waarheid.

1 Corinthians 12:7

Maar aan een iegelijk wordt de openbaring des Geestes gegeven tot hetgeen oorbaar is.

Colossians 2:19

En het Hoofd niet behoudende, uit hetwelk het gehele lichaam, door de samenvoegselen en samenbindingen voorzien en samengevoegd zijnde, opwast met goddelijken wasdom.

Proverbs 22:2

Rijken en armen ontmoeten elkander; de HEERE heeft hen allen gemaakt.

1 Thessalonians 5:11

Daarom vermaant elkander, en sticht de een den anderen, gelijk gij ook doet.

Matthew 24:41

Er zullen twee vrouwen malen in den molen, de ene zal aangenomen, en de andere zal verlaten worden.

1 Corinthians 1:2

Aan de Gemeente Gods, die te Korinthe is, den geheiligden in Christus Jezus, den geroepenen heiligen, met allen, die den Naam van onzen Heere Jezus Christus aanroepen in alle plaats, beide hun en onzen Heere;

2 Thessalonians 2:14

Waartoe Hij u geroepen heeft door ons Evangelie, tot verkrijging der heerlijkheid van onzen Heere Jezus Christus.

Ecclesiastes 3:13

Ja ook, dat ieder mens ete en drinke, en het goede geniete van al zijn arbeid, Dit is een gave Gods.

Acts 6:2

En de twaalven riepen de menigte der discipelen tot zich, en zeiden: Het is niet behoorlijk, dat wij het Woord Gods nalaten, en de tafelen dienen.

Psalm 85:10

De goedertierenheid en waarheid zullen elkander ontmoeten; de gerechtigheid en vrede zullen elkander kussen.

John 5:17

En Jezus antwoordde hun: Mijn Vader werkt tot nu toe, en Ik werk ook.

Ephesians 4:13

Totdat wij allen zullen komen tot de enigheid des geloofs en der kennis van den Zoon Gods, tot een volkomen man, tot de mate van de grootte der volheid van Christus;

Philippians 1:19

Want ik weet, dat dit mij ter zaligheid gedijen zal, door uw gebed en toebrenging des Geestes van Jezus Christus.

Galatians 6:4

Maar een iegelijk beproeve zijn eigen werk; en alsdan zal hij aan zichzelven alleen roem hebben, en niet aan een anderen.

1 Corinthians 5:4

In den Naam van onzen Heere Jezus Christus, als gijlieden en mijn geest samen vergaderd zullen zijn, met de kracht van onzen Heere Jezus Christus,

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain