10 Bijbelvers over Verwarring Onder De Mensen

Meest relevante verzen

Mattheüs 26:5

Doch zij zeiden: Niet in het feest, opdat er geen oproer worde onder het volk.

Markus 14:2

Maar zij zeiden: Niet in het feest, opdat niet misschien oproer onder het volk worde.

Mattheüs 27:24

Als nu Pilatus zag, dat hij niet vorderde, maar veel meer dat er oproer werd, nam hij water en wies de handen voor de schare, zeggende: Ik ben onschuldig aan het bloed dezes Rechtvaardigen; gijlieden moogt toezien.

Handelingen 19:23

Maar op dienzelfden tijd ontstond er geen kleine beroerte, vanwege den weg des Heeren.

Handelingen 17:5

Maar de Joden, die ongehoorzaam waren, dit benijdende, namen tot zich enige boze mannen uit de marktboeven, en maakten, dat het volk te hoop liep, en beroerden de stad; en op het huis van Jason aanvallende, zochten zij hen tot het volk te brengen.

Handelingen 19:29

En de gehele stad werd vol verwarring; en zij liepen met een gedruis eendrachtelijk naar de schouwplaats, met zich trekkende Gajus en Aristarchus, Macedoniers, metgezellen van Paulus op de reis.

Handelingen 19:32

Zij riepen dan de ene dit, de andere wat anders; want de vergadering was verward en het meerder deel wist niet, om wat oorzaak zij samengekomen waren.

Handelingen 19:40

Want wij staan in gevaar, dat wij van oproer zullen verklaagd worden om den dag van heden, alzo er geen oorzaak is, waardoor wij reden zullen kunnen geven van deze oploop. En dit gezegd hebbende, liet hij de vergadering gaan.

Mattheüs 9:23

En als Jezus in het huis des oversten kwam, en zag de pijpers en de woelende schare,

Markus 5:39

En ingegaan zijnde, zeide Hij tot hen: Wat maakt gij beroerte, en wat weent gij? Het kind is niet gestorven, maar het slaapt.

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain