41 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Balak' in de Bijbel

Toen Balak, de zoon van Zippor, zag al wat Israel aan de Amorieten gedaan had;

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamDe Feiten Kennen

Derhalve zeide Moab tot de oudsten der Midianieten: Nu zal deze gemeente oplikken al wat rondom ons is, gelijk de os de groente des velds oplikt. Te dier tijd nu was Balak, de zoon van Zippor, koning der Moabieten.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamGrasTaalHet Eten Van Dieren

Toen gingen de oudsten der Moabieten, en de oudsten der Midianieten, en hadden het loon der waarzeggingen in hun hand; alzo kwamen zij tot Bileam, en spraken tot hem de woorden van Balak.

VersbegrippenHoudingen Van OuderdomMenselijke BeloningWaarzeggerij

Toen zeide Bileam tot God: Balak, de zoon van Zippor, de koning der Moabieten, heeft hen tot mij gezonden, zeggende:

Toen stond Bileam des morgens op, en zeide tot de vorsten van Balak: Gaat naar uw land; want de HEERE weigert mij toe te laten met ulieden te gaan.

VersbegrippenVerbiedende God

Zo stonden dan de vorsten der Moabieten op, en kwamen tot Balak, en zij zeiden: Bileam heeft geweigerd met ons te gaan.

Doch Balak voer nog voort vorsten te zenden, meer en eerlijker, dan die waren;

VersbegrippenUitgestuurde Boodschappers

Die tot Bileam kwamen, en hem zeiden: Alzo zegt Balak, de zoon van Zippor: Laat u toch niet beletten tot mij te komen!

VersbegrippenHet Vermijden Van Tegenwerking

Toen antwoordde Bileam, en zeide tot de dienaren van Balak: Wanneer Balak mij zijn huis vol zilver en goud gave, zo vermocht ik niet het bevel des HEEREN mijns Gods te overtreden, om te doen klein of groot.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamGoudPaleizenZilverVoorzien Van Geld

De Engel des HEEREN nu zeide tot Bileam: Ga heen met deze mannen; maar alleenlijk dat woord, wat Ik tot u spreken zal, dat zult gij spreken. Alzo toog Bileam met de vorsten van Balak.

VersbegrippenDe Engel Van De HeerSamengaanHet Woord Spreken Dat God Geschonken Heeft

Als Balak hoorde, dat Bileam kwam, zo ging hij uit, hem tegemoet, tot de stad der Moabieten, welke aan de landpale van de Arnon ligt, die aan het uiterste der landpale is.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamMensen OntmoetenArnonGesproken Groet

En Balak zeide tot Bileam: Heb ik niet ernstiglijk tot u gezonden, om u te roepen? Waarom zijt gij niet tot mij gekomen? Kan ik u niet te recht vereren?

VersbegrippenOverlast Tegenover MensenDringendWaarom Doe Je Dit?

Toen zeide Bileam tot Balak: Zie, ik ben tot u gekomen; zal ik nu enigzins iets kunnen spreken? Het woord, hetwelk God in mijn mond leggen zal, dat zal ik spreken.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamMondenOrakelsDe Orakels Van BalaämHet Woord Spreken Dat God Geschonken Heeft

En Bileam ging met Balak; en zij kwamen te Kirjath-Huzzoth.

Toen slachtte Balak runderen en schapen; en hij zond aan Bileam, en aan de vorsten, die bij hem waren.

VersbegrippenSchapenEen Kudde Schapen En Geiten Offeren

En het geschiedde des morgens, dat Balak Bileam nam, en voerde hem op de hoogten van Baal, dat hij van daar zag het uiterste des volks.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamAanbidding Van Baäl, GeschiedenisMensen Zien

Toen zeide Bileam tot Balak: Bouw mij hier zeven altaren, en bereid mij hier zeven varren en zeven rammen.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamZeven DierenZeven DingenAltaren Bouwen

Balak nu deed, gelijk als Bileam gesproken had; en Balak en Bileam offerden een var en een ram, op elk altaar.

VersbegrippenRammen

Toen zeide Bileam tot Balak: Blijf staan bij uw brandoffer, en ik zal heengaan; misschien zal de HEERE mij tegemoet komen; en hetgeen Hij wijzen zal, dat zal ik u bekend maken. Toen ging hij op de hoogte.

VersbegrippenHoogteDe Aard Van God KennenHet Woord Spreken Dat God Geschonken Heeft

Toen legde de HEERE het woord in den mond van Bileam, en zeide: Keer weder tot Balak, en spreek aldus.

VersbegrippenOpenbaring In OTHet Woord Spreken Dat God Geschonken HeeftOpenbaring Door Rechtstreekse Communicatie

Toen hief hij zijn spreuk op, en zeide: Uit Syrie heeft mij Balak, de koning der Moabieten, laten halen, van het gebergte tegen het oosten, zeggende: Kom, vervloek mij Jakob, en kom, scheld Israel!

VersbegrippenUitnodigingenJacob De PatriarchRuw TaalgebruikIsraël VervloekenWijze Gezegdes

Toen zeide Balak tot Bileam: Wat hebt gij mij gedaan? Ik heb u genomen, om mijn vijanden te vloeken; maar zie, gij hebt hen doorgaans gezegend!

VersbegrippenWat Doe Jij?Zegen En VloekGezegend Door GodVloeken

Toen zeide Balak tot hem: Kom toch met mij aan een andere plaats, van waar gij hem zult zien; gij zult niet dan zijn einde zien, maar hem niet ganselijk zien; en vervloek hem mij van daar!

VersbegrippenOnderverdelingenIsraël Vervloeken

Toen zeide hij tot Balak: Blijf hier staan bij uw brandoffer, en ik zal Hem aldaar ontmoeten.

Als de HEERE Bileam ontmoet was, zo legde Hij het woord in zijn mond, en Hij zeide: Keer weder tot Balak, en spreek alzo.

VersbegrippenHet Woord Spreken Dat God Geschonken Heeft

Toen hij tot hem kwam, ziet, zo stond hij bij zijn brandoffer, en de vorsten der Moabieten bij hem. Balak nu zeide tot hem: Wat heeft de HEERE gesproken?

Toen hief hij zijn spreuk op, en zeide: Sta op, Balak, en hoor! Neig uw oren tot mij, gij, zoon van Zippor!

VersbegrippenBesteed Aandacht Aan Mensen!Wijze Gezegdes

Toen zeide Balak tot Bileam: Gij zult het ganselijk noch vloeken, noch geenszins zegenen.

VersbegrippenZegen En VloekIsraël Vervloeken

Doch Bileam antwoordde en zeide tot Balak: Heb ik niet tot u gesproken, zeggende: Al wat de HEERE spreken zal, dat zal ik doen?

VersbegrippenHet Woord Spreken Dat God Geschonken Heeft

Verder zeide Balak tot Bileam: Kom toch, ik zal u aan een ander plaats medenemen; misschien zal het recht zijn in de ogen van dien God, dat gij het mij van daar vervloekt.

VersbegrippenDubbelzinnigheidIsraël Vervloeken

Toen nam Balak Bileam mede tot de hoogte van Peor, die tegen de woestijn ziet.

En Bileam zeide tot Balak: Bouw mij hier zeven altaren, en bereid mij hier zeven varren en zeven rammen.

VersbegrippenZeven DierenZeven Dingen

Balak nu deed, gelijk als Bileam gezegd had; en hij offerde een var en een ram op elk altaar.

Toen ontstak de toorn van Balak tegen Bileam, en hij sloeg zijn handen samen; en Balak zeide tot Bileam: Ik heb u geroepen, om mijn vijanden te vloeken; maar zie, gij hebt hen nu driemaal gedurig gezegend!

VersbegrippenMenselijke WoedeDrie Keer CommunicerenKlappenZegen En VloekIsraël VervloekenGenoemde Personen Die Kwaad Waren Op Anderen

Toen zeide Bileam tot Balak: Heb ik ook niet tot uw boden, die gij tot mij gezonden hebt, gesproken, zeggende:

Wanneer mij Balak zijn huis vol zilver en goud gave, zo kan ik het bevel des HEEREN niet overtreden, doende goed of kwaad uit mijn eigen hart; wat de HEERE spreken zal, dat zal ik spreken.

VersbegrippenGeboden in OTGoudVoorzien Van GeldHet Woord Spreken Dat God Geschonken Heeft

Toen stond Bileam op, en ging heen, en keerde weder tot zijn plaats. Balak ging ook zijn weg.

VersbegrippenTerugkeren Naar Hun Land

Ook maakt zich Balak op, de zoon van Zippor, de koning der Moabieten, en hij streed tegen Israel; en hij zond heen, en deed Bileam, den zoon van Beor, roepen, opdat hij u vervloeken zou.

VersbegrippenIsraël Vervloeken

Nu voorts, zijt gij veel beter dan Balak, de zoon van Zippor, de koning der Moabieten? heeft hij ooit met Israel getwist? heeft hij ook ooit tegen hen gekrijgd?

Mijn volk! gedenk toch wat Balak, de koning van Moab, beraadslaagde, en wat hem Bileam, de zoon van Beor, antwoordde; en wat geschied is van Sittim af tot Gilgal toe, opdat gij de gerechtigheden des HEEREN kent.

VersbegrippenDe Ezel Van BalaamDe Gerechtigheid Van GodGeschiedenisHet VerledenMensen BeantwoordenGod Doet Het JuisteJuist DoenDe Raad Van De Mens

Public domain