34 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Mantel' in de Bijbel

Hij bindt zijn jongen ezel aan den wijnstok, en het veulen zijner ezelin aan den edelste wijnstok; hij wast zijn kleed in den wijn, en zijn mantel in wijndruivenbloed.

VersbegrippenJonge HengstenDingen VerbindenKledij WassenReine KledijVerbindend Als Dieren

Dit nu zijn de klederen, die zij maken zullen: een borstlap, en een efod, en een mantel, en een rok vol oogjes, een hoed en een gordel; zij zullen dan voor uw broeder Aaron heilige klederen maken, en voor zijn zonen, om Mij het priesterambt te bedienen.

VersbegrippenAaron, Als HogepriesterEphodsHoofdbedekkingHogepriesters In OTGewadenJurkVlechtenTulband En Petten

Gij zult ook den mantel des efods geheel van hemelsblauw maken.

VersbegrippenKleuren, BlauwBlauwe Doek

Daarna zult gij de klederen nemen, en Aaron den rok, en den mantel des efods, en den efod, en den borstlap aandoen; en gij zult hem omgorden met den kunstelijken riem des efods.

VersbegrippenGewadenVaardigheid

En hij maakte den mantel des efods van geweven werk, geheel van hemelsblauw.

VersbegrippenVakluiBeroepenSpinnen En WevenBlauwe Doek

Daar deed hij hem den rok aan, en gordde hem met den gordel, en trok hem den mantel aan; en deed hij hem den efod aan, en gordde dien met de kunstelijken riem des efods, en ombond hem daarmede.

VersbegrippenEphodsGewaden

Als zich Samuel omkeerde om weg te gaan, zo greep hij een slip van zijn mantel en zij scheurde.

VersbegrippenKleding

En Jonathan deed zijn mantel af, dien hij aan had, en gaf hem aan David, ook zijn klederen, ja, tot zijn zwaard toe, en tot zijn boog toe, en tot zijn gordel toe.

VersbegrippenGebruik Van Bogen En PijlenHarnasRiemenGewadenBeschermend HarnasJurkMensen Die Kleren GevenMensen Die StrippenWapenuitrusting

Toen zeiden de mannen van David tot hem: Zie den dag, in welken de HEERE tot u zegt: Zie, Ik geef uw vijand in uw hand, en gij zult hem doen, gelijk als het goed zal zijn in uw ogen. En David stond op, en sneed stilletjes een slip van Sauls mantel.

VersbegrippenIn De Hand GegevenSaul

Hij dan zeide tot haar: Hoe is zijn gedaante? En zij zeide: Er komt een oud man op, en hij is met een mantel bekleed. Toen Saul vernam, dat het Samuel was, zo neigde hij zich met het aangezicht ter aarde, en hij boog zich.

VersbegrippenHet Lichaam BedekkenBuigingMensen Herkennen

En het geschiedde, als Elia dat hoorde, dat hij zijn aangezicht bewond met zijn mantel, en uitging, en stond in den ingang der spelonk. En ziet, een stem kwam tot hem, die zeide: Wat maakt gij hier, Elia?

VersbegrippenMantelsMantelsBuitenkledijWat Doe Jij?

Zo ging hij van daar, en vond Elisa, den zoon van Safat; dezelve ploegde met twaalf juk runderen voor zich henen, en hij was bij het twaalfde; en Elia ging over tot hem, en wierp zijn mantel op hem.

VersbegrippenBoerenMantelsHet Lichaam BedekkenJukTeeltPloegenBuitenkledijPloegerTwaalf Dieren

Toen nam Elia zijn mantel, en wond hem samen, en sloeg het water, en het werd herwaarts en derwaarts verdeeld; en zij beiden gingen er door op het droge.

VersbegrippenMantelsMantelsDe Wonderen Van EliaVerdeling Van WaterenBuitenkledijDroog LandVerdeeld Water

Hij hief ook Elia's mantel op, die van hem afgevallen was, en keerde weder, en stond aan den oever van de Jordaan.

En hij nam den mantel van Elia, die van hem afgevallen was, en sloeg het water, en zeide: Waar is de HEERE, de God van Elia? Ja, Dezelve? En hij sloeg het water, en het werd herwaarts en derwaarts verdeeld, en Elisa ging er door.

VersbegrippenGod Van De VadersDe Wonderen Van ElishaVerdeling Van WaterenVerdeeld WaterWaar Is God?

David nu was gekleed met een mantel van fijn linnen; ook al de Levieten, die de ark droegen, en de zangers, en Chenanja, de overste van het opheffen der zangers; ook had David een lijfrok aan van linnen.

VersbegrippenEphodsDoekLinnenZangersGewadenKorenJurk

Als ik nu deze zaak hoorde, scheurde ik mijn kleed en mijn mantel; en ik trok van het haar mijns hoofds en mijns baards uit, en zat verbaasd neder.

VersbegrippenMantelsMantelsVerscheuren Van KledingBaardenHarenJurkGezichtshaar TrimmenHaar PlukkenZij Die Kledij Verscheurden

En omtrent het avondoffer stond ik op uit mijn bedruktheid, als ik nu mijn kleed en mijn mantel gescheurd had; en ik boog mij op mijn knieen, en breidde mijn handen uit tot den HEERE, mijn God.

VersbegrippenScheuren Van KledingMantelsHogepriesters In OTKnielenPraktische Zaken Omtrent Het GebedEerbied En GehoorzaamheidHanden OpheffenZij Die Kledij Verscheurden

En toen zij hun ogen van verre ophieven, kenden zij hem niet, en hieven hun stem op, en weenden; daartoe scheurden zij een ieder zijn mantel, en strooiden stof op hun hoofden naar den hemel.

VersbegrippenStof, Figuurlijk GebruiktGewadenBesprenkelenScheuren Van KledingHuilenVanop Een Afstand BekijkenStof Op Het HoofdGeen Mensen HerkennenZij Die Kledij Verscheurden

Ik bekleedde mij met gerechtigheid, en zij bekleedde mij; mijn oordeel was als een mantel en vorstelijke hoed.

VersbegrippenHoofdbedekkingHoofddekselBekleed Met GerechtigheidMensen In Rechtvaardigheid

Laat mijn tegenstanders met schande bekleed worden, en dat zij met hun beschaamdheid zich bedekken, als met een mantel.

VersbegrippenMantelsBekleed Met Slechte DingenMensen Die Mensen Beschuldigen

Want Hij trok gerechtigheid aan als een pantser, en den helm des heils zette Hij op Zijn hoofd, en de klederen der wraak trok Hij aan tot kleding, en Hij deed den ijver aan als een mantel.

VersbegrippenWapenuitrusting Van GodBorstplaatMantelsIlustraties Van ReddingDe Helm Van ReddingIjverGods KledingBekleed Met GerechtigheidHelmenGod Voert Wraak UitWraakPassieWapenuitrusting

Maar gisteren stelde zich Mijn volk op, tot vijand, tegenover een kleed; gij stroopt een mantel van degenen, die zeker voorbijgaan, wederkomende van den strijd.

VersbegrippenGewadenMensen Strippen MensenVijanden Van God

En het zal geschieden te dien dage, dat die profeten beschaamd zullen worden, een iegelijk van wege zijn gezicht, wanneer hij profeteert; en zij zullen geen haren mantel aandoen, om te liegen;

VersbegrippenHarenGeen VisioenenVermijden Van BedrogHaardoekSchaamte Over Slecht Gedrag

En als zij Hem ontkleed hadden, deden zij Hem een purperen mantel om;

VersbegrippenDonkerroodKledingGewadenMensen Strippen MensenRode Kledij

En toen zij Hem bespot hadden, deden zij Hem den mantel af, en deden Hem Zijn klederen aan, en leidden Hem heen om te kruisigen.

VersbegrippenVernedering Geleden Door ChristusAnderen KledenMensen Strippen MensenMet Christus Spotten

En deden Hem een purperen mantel aan, en een doornenkroon gevlochten hebbende, zetten Hem die op;

VersbegrippenDoornenkroonDonkerroodKledingGewadenVlechtenPaarse Kledij

En als zij Hem bespot hadden, deden zij Hem den purperen mantel af, en deden Hem Zijn eigen klederen aan, en leidden Hem uit, om Hem te kruisigen.

VersbegrippenVoorbestemming, Spirituele GebeurtenissenAnderen KledenMensen Strippen MensenPaarse KledijMet Christus SpottenPlezier

En de engel zeide tot hem: Omgord u, en bind uw schoenzolen aan. En hij deed alzo. En hij zeide tot hem: Werp uw mantel om, en volg mij.

VersbegrippenMantelsHet Lichaam BedekkenSchoenenZichzelf KledenBuitenkledijMensen Die Mensen Volgen

Public domain