18 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Opperzaal' in de Bijbel

En Ehud kwam tot hem in, daar hij was zittende in een koele opperzaal, die hij voor zich alleen had; zo zeide Ehud: Ik heb een woord Gods aan u. Toen stond hij op van den stoel.

VersbegrippenHuizenIn De Koelte Van De DagMensen Die Opstaan

Toen ging Ehud uit van de voorzaal, en sloot de deuren der opperzaal voor zich toe, en deed ze in het slot.

VersbegrippenVeranda'sDeuren SluitenSloten En Staven

Als hij uitgegaan was, zo kwamen zijn knechten, en zagen toe, en ziet, de deuren der opperzaal waren in het slot gedaan; zo zeiden zij: Zeker, hij bedekt zijn voeten in de verkoelkamer.

VersbegrippenOntlasting

Als zij nu tot schamens toe gebeid hadden, ziet, zo opende hij de deuren der opperzaal niet. Toen namen zij den sleutel en deden open; en ziet, hunlieder heer lag ter aarde dood.

VersbegrippenSleutels

Toen werd de koning zeer beroerd, en ging op naar de opperzaal der poort, en weende; en in zijn gaan zeide hij alzo: Mijn zoon Absalom, mijn zoon, mijn zoon Absalom! Och, dat ik, ik voor u gestorven ware, Absalom, mijn zoon, mijn zoon!

VersbegrippenHet Karakter Van DavidHuilenDe Noden Van KinderenOorzaken Van WanhoopMeemaken Van VerliesIntimiteitEenzaamheidRouwenSpijtTrappenEmotionele Aspecten Van LijdenHuilenKinderen, Ouderlijke LiefdeWoorden DuplicerenVerlangen Naar De DoodDe Bovenste KamersDe Dood Van Anderen BerouwenLiefde Voor Kinderen

En hij zeide tot haar: Geef mij uw zoon. En hij nam hem van haar schoot, en droeg hem boven in de opperzaal, waar hij zelf woonde, en hij legde hem neder op zijn bed.

VersbegrippenHuizenTrappenGeheim GebedDode Lichamen DragenDe Bovenste Kamers

En Elia nam het kind, en bracht het af van de opperzaal in het huis, en gaf het aan zijn moeder; en Elia zeide: Zie, uw zoon leeft.

VersbegrippenVerder Leven

En Ahazia viel door een tralie in zijn opperzaal, die te Samaria was, en werd krank. En hij zond boden, en zeide tot hen: Gaat heen, vraagt Baal-Zebub, den god van Ekron, of ik van deze krankheid genezen zal.

VersbegrippenHandicapsBeëlzebubHelenHuizenOorzaken Van LijdenMensen Die Van Een Hoogte VallenDe Bovenste Kamers

Verder de altaren die op het dak der opperzaal van Achaz waren, die de koningen van Juda gemaakt hadden, mitsgaders de altaren, die Manasse in de twee voorhoven van het huis des HEEREN gemaakt had, brak de koning af; en hij verbrijzelde ze van daar, en wierp het stof daarvan in de beek Kidron.

VersbegrippenDakValleienAltaren BouwenDe Bovenste KamersRechtbanken Van De Tempel

Na hem verbeterde Malchia, de zoon eens goudsmids, tot aan het huis der Nethinim en der kruideniers, tegenover de poort van Mifkad, en tot de opperzaal van het punt.

VersbegrippenGenoemde PoortenTempelassistenten

En tussen de opperzaal van het punt tot de Schaapspoort toe, verbeterden de goudsmeden en de kruideniers.

VersbegrippenGenoemde Poorten

Toen nu Daniel verstond, dat dit schrift getekend was, ging hij in zijn huis (hij nu had in zijn opperzaal open vensters tegen Jeruzalem aan), en hij knielde drie tijden 's daags op zijn knieen, en hij bad, en deed belijdenis voor zijn God, ganselijk gelijk hij voor dezen gedaan had.

VersbegrippenInstemmen Met Het KwaadMensen VindenWanneer BiddenGroepenSmeekbedePetitie

En hij zal u wijzen een grote opperzaal, toegerust en gereed; bereidt het ons aldaar.

VersbegrippenActie VoorbereidenDe Bovenste Kamers

En als zij ingekomen waren, gingen zij op in de opperzaal, waar zij bleven, namelijk Petrus en Jakobus, en Johannes en Andreas, Filippus en Thomas, Bartholomeus en Mattheus, Jakobus, de zoon van Alfeus, en Simon Zelotes, en Judas, de broeder van Jakobus.

VersbegrippenTrappenIjverAndrewGebedsbijeenkomstenDe Bovenste KamersLogeerkamersZeloten

En het geschiedde in die dagen, dat zij krank werd en stierf; en als zij haar gewassen hadden, legden zij haar in de opperzaal.

VersbegrippenDe DodenKenmerken Van BegrafenissenTrappenVoorbeelden Van Dood Van De HeiligenKadavers Van Andere MensenDe Bovenste Kamers

En Petrus stond op, en ging met hen; welken zij, als hij daar gekomen was, in de opperzaal leidden. En al de weduwen stonden bij hem, wenende, en tonende de rokken en klederen, die Dorkas gemaakt had, als zij bij haar was.

VersbegrippenDoekMeemaken Van VerliesTrappenJurkRouwendenWeduwesDe Behoeftigen KledenBuitenkledijInnerlijke KledijWerkelijke WeduwenDe Bovenste KamersDe Dood Van Anderen BerouwenZusterschap

En er waren vele lichten in de opperzaal waar zij vergaderd waren.

VersbegrippenLampenTrappenDe Bovenste Kamers

Public domain