26 gebeurtenissen

'Toch' in de Bijbel

Te dierzelfder ure kwamen de discipelen tot Jezus, zeggende: Wie is toch de meeste in het Koninkrijk der hemelen?

VersbegrippenGroostheid Van DiscipelenChristus Met Zijn Discipelen

En hoewel er vele valse getuigen toegekomen waren, zo vonden zij toch niet.

VersbegrippenTwee GetuigenNiet VindenTwee GetuigenVeel Bedriegers En Bedrogenen

En als hij op de rechterstoel zat, zo heeft zijn huisvrouw tot hem gezonden, zeggende: Heb toch niet te doen met dien Rechtvaardige; want ik heb heden veel geleden in den droom om Zijnentwil.

VersbegrippenVoorbeelden Van OnschuldHet HofRechtersWijze RaadZittenSlapeloosheidVrouwenVisioenen En Dromen In Het SchriftDe Namen Voor ChristusOordeelstoelLaat Ze Met RustVrouw

En zij vreesden met grote vreze, en zeiden tot elkander: Wie is toch Deze, dat ook de wind en de zee Hem gehoorzaam zijn?

VersbegrippenVerwarringWie Is Jezus?Angst Van ChristusDe Zee GekalmeerdOverweldigd

En Petrus zeide tot Hem: Of zij ook allen geergerd werden, zo zal ik toch niet geergerd worden.

En allen, die het hoorden, namen het ter harte, zeggende: Wat zal toch dit kindeken wezen? En de hand des Heeren was met hem.

VersbegrippenHand Van GodGods HandMensen Die HerinnerenGods Handen Op MensenGeluk

En Hij zeide tot hen: Waar is uw geloof? Maar zij, bevreesd zijnde, verwonderden zich, zeggende tot elkander: Wie is toch Deze, dat Hij ook de winden en het water gebiedt, en zij zijn Hem gehoorzaam?

VersbegrippenVerwarringGroei In GeloofGebrek Aan GeloofVerwondering over Christus' MirakelenNiet Geloven In JezusWie Is Jezus?De Zee Gekalmeerd

En ziet, een man van de schare riep uit, zeggende: Meester, ik bid U, zie toch mijn zoon aan; want hij is mij een eniggeborene.

VersbegrippenHet Karakter Van SatanHet Enig KindEnig Kind Van Mensen

En zij begonnen onder elkander te vragen, wie van hen het toch mocht zijn, die dat doen zou.

VersbegrippenGesprekWie Is De Doener?

En wij toch rechtvaardiglijk; want wij ontvangen straf, waardig hetgeen wij gedaan hebben; maar Deze heeft niets onbehoorlijks gedaan.

VersbegrippenVoorbeelden Van Onschuld

Simon Petrus dan wenkte dezen, dat hij vragen zou, wie hij toch ware, van welken Hij dit zeide.

VersbegrippenWie Is De Uitverkorene?

En zij ontzetten zich allen, en werden twijfelmoedig, zeggende, de een tegen den ander: Wat wil toch dit zijn?

VersbegrippenVerbazingwekkendVerwarringVerwarringBetekenis

Toen nu de hoge priester en de hoofdman des tempels, en de overpriesters deze woorden hoorden, werden zij twijfelmoedig over hen, wat toch dit worden zou.

VersbegrippenKapiteinenHogepriestersVerwarring

En hij zeide: Hoe zou ik toch kunnen, zo mij niet iemand onderricht? En hij bad Filippus, dat hij zou opkomen, en bij hem zitten.

VersbegrippenLeerbaarheid

En alzo Petrus in zichzelven twijfelde, wat toch het gezicht mocht zijn, dat hij gezien had, ziet, de mannen, die van Cornelius afgezonden waren, gevraagd hebbende naar het huis van Simon, stonden aan de poort.

VersbegrippenPoortenTot De Poorten KomenStellen Van Bepaalde VragenVerwarringMensen Die Mensen Sturen

En als het dag was geworden, was er geen kleine beroerte onder de krijgsknechten, wat toch aan Petrus mocht geschied zijn.

VersbegrippenOchtendBevende Troepen

En sommigen van de Epikureische en Stoische wijsgeren streden met hem; en sommigen zeiden: Wat wil toch deze klapper zeggen? Maar anderen zeiden: Hij schijnt een verkondiger te zijn van vreemde goden; omdat hij hun Jezus en de opstanding verkondigde.

VersbegrippenWauwelaarsAard Van EvangelisatieFilosofieHerrijzenis Van De DodenVoorbeelden Van Valse LeraarsSpottersAmateursDubbelzinnigheidAangemoedigd Om Vreemde Goden Te Dienen

Want gij brengt enige vreemde dingen voor onze oren; wij willen dan weten, wat toch dit zijn wil.

VersbegrippenBetekenis

En als de stads schrijver de schare gestild had, zeide hij: Gij mannen van Efeze! wat mens is er toch, die niet weet, dat de stad der Efezeren de kerkbewaarster zij van de grote godin Diana, en van het beeld, dat uit den hemel gevallen is?

VersbegrippenUit De Hemel Gevallen

Maar toch, o mens, wie zijt gij, die tegen God antwoordt? Zal ook het maaksel tot dengene, die het gemaakt heeft, zeggen: Waarom hebt gij mij alzo gemaakt?

VersbegrippenVeronderstellingZich Inspannen Met GodGod BeantwoordenAndere Onbelangrijke MensenDe Relatie Van De Mens Met Zijn SchepperGod BevragenDe Relatie Van De Mens Tot God

Maar ik zeg: Hebben zij het niet gehoord? Ja toch, hun geluid is over de gehele aarde uitgegaan, en hun woorden tot de einden der wereld.

VersbegrippenGods Oproep, IedereenGods Woord HorenHet Evangelie WereldwijdHet Einde Van De WereldDe WereldHet Evangelie Verspreiden

Want al hadt gij tien duizend leermeesters in Christus, zo hebt gij toch niet vele vaders; want in Christus Jezus heb ik u door het Evangelie geteeld.

VersbegrippenBewakersPaulus, Apostel Voor De HeidenenDe Middelen Van WedergeboorteSpirituele VadersVaders VerjaardagOuderschapVadersSchoolOuderlijke Verantwoordelijkheden

Want indien ik ulieden bedroef, wie is het toch, die mij zal vrolijk maken, dan degene, die van mij bedroefd is geworden?

Zoekresultaten op Versies

Zoekresultaten op Boek


Public domain