'Aan' in de Bijbel
Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Gaza, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat zij Mijn volk gevankelijk hebben weggevoerd met een volkomen wegvoering, om aan Edom over te leveren.
Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Tyrus, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat zij Mijn volk met een volkomen wegvoering hebben overgeleverd aan Edom, en niet gedacht aan het verbond der broederen.
Maar gijlieden hebt aan de Nazireen wijn te drinken gegeven, en gij hebt den profeten geboden zeggende: Gij zult niet profeteren.
Gewisselijk, de Heere HEERE zal geen ding doen, tenzij Hij Zijn verborgenheid aan Zijn knechten, de profeten, geopenbaard hebbe.
Hoort dit woord, gij koeien van Basan! gij, die op den berg van Samaria zijt, die de armen verdrukt, die de nooddruftigen verplettert; gij, die tot hunlieder heren zegt: Brengt aan, opdat wij drinken.
Haat het boze, en hebt lief het goede, en bestelt het recht in de poort, misschien zal de HEERE, de God der heirscharen, aan Jozefs overblijfsel genadig zijn.
Als wanneer iemand vlood voor het aangezicht eens leeuws, en hem ontmoette een beer; of dat hij kwam in een huis, en leunde met zijn hand aan den wand, en hem beet een slang.
Zal dan niet des HEEREN dag duisternis zijn, en geen licht? En donkerheid, zodat er geen glans aan zij?
Want ofschoon gij Mij brandofferen offert, mitsgaders uw spijsofferen, Ik heb er toch geen welgevallen aan; en het dankoffer van uw vette beesten mag Ik niet aanzien.
Want ziet, Ik zal over ulieden, o huis Israels! een volk verwekken, spreekt de HEERE, de God der heirscharen; die zullen ulieden drukken, van daar men komt te Hamath, tot aan de beek der wildernis.
Te dien dage zal Ik de vervallen hut van David weder oprichten, en Ik zal haar reten vertuinen, en wat aan haar is afgebroken, weder oprichten, en zal ze bouwen, als in de dagen van ouds;
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (183)
- Exodus (225)
- Leviticus (143)
- Numberi (146)
- Deuteronomium (147)
- Jozua (145)
- Richteren (96)
- Ruth (11)
- 1 Samuël (138)
- 2 Samuël (96)
- 1 Koningen (102)
- 2 Koningen (78)
- 1 Kronieken (72)
- 2 Kronieken (96)
- Ezra (43)
- Nehemia (63)
- Esther (46)
- Job (69)
- Psalmen (177)
- Spreuken (40)
- Prediker (18)
- Hooglied (13)
- Jesaja (100)
- Jeremia (136)
- Klaagliederen (16)
- Ezechiël (188)
- Daniël (58)
- Hosea (11)
- Joël (6)
- Amos (11)
- Obadja (3)
- Jona (8)
- Micha (16)
- Nahum (5)
- Habakuk (6)
- Zefanja (3)
- Zacharia (16)
- Maleachi (7)
- Mattheüs (73)
- Markus (44)
- Lukas (88)
- Johannes (32)
- Handelingen (111)
- Romeinen (15)
- 1 Corinthiërs (26)
- 2 Corinthiër (20)
- Galaten (15)
- Efeziërs (13)
- Filippenzen (10)
- Colossenzen (10)
- 1 Thessalonicenzen (3)
- 2 Thessalonicenzen (1)
- 1 Timotheüs (7)
- 2 Timotheüs (6)
- Titus (5)
- Filémon (6)
- Hebreeën (19)
- Jakobus (4)
- 1 Petrus (14)
- 2 Petrus (4)
- 2 Johannes (3)
- 3 Johannes (4)
- Judas (2)
- Openbaring (35)