'Ben' in de Bijbel
Want alle eerstgeborene is Mijn; van den dag, dat Ik alle eerstgeborenen in Egypteland sloeg, heb Ik Mij geheiligd alle eerstgeborenen in Israel, van de mensen tot de beesten; zij zullen Mijn zijn; Ik ben de HEERE!
En gij zult voor Mij de Levieten nemen (Ik ben de HEERE!), in plaats van alle eerstgeborenen onder de kinderen Israels, en de beesten der Levieten, in plaats van alle eerstgeborenen onder de beesten der kinderen Israels.
Neem de Levieten, in plaats van alle eerstgeboorte onder de kinderen Israels, en de beesten der Levieten, in plaats van hun beesten; want de Levieten zullen Mijn zijn; Ik ben de HEERE!
Desgelijks ten dage uwer vrolijkheid, en in uw gezette hoogtijden, en in de beginselen uwer maanden, zult gij ook met de trompetten blazen over uw brandofferen, en over uw dankofferen; en zij zullen u ter gedachtenis zijn voor het aangezicht uws Gods; Ik ben de HEERE, uw God!
En Mozes zeide: Zeshonderd duizend te voet is dit volk, in welks midden ik ben; en Gij hebt gezegd: Ik zal hun vlees geven, en zij zullen een gehele maand eten!
Ik ben de HEERE, uw God, Die u uit Egypteland uitgevoerd heb, om u tot een God te zijn; Ik ben de HEERE, uw God!
Ook zeide de HEERE tot Aaron: Gij zult in hun land niet erven, en gij zult geen deel in het midden van henlieden hebben; Ik ben uw deel en uw erfenis, in het midden van de kinderen Israels.
De ezelin nu zeide tot Bileam: Ben ik niet uw ezelin, op welke gij gereden hebt van toen af, dat gij mijn heer geweest zijt, tot op dezen dag? Ben ik ooit gewend geweest u alzo te doen? Hij dan zeide: Neen!
Toen zeide de Engel des HEEREN tot hem: Waarom hebt gij uw ezelin nu driemaal geslagen? Zie, Ik ben uitgegaan u tot een tegenpartij, dewijl deze weg van Mij afwijkt.
Toen zeide Bileam tot Balak: Zie, ik ben tot u gekomen; zal ik nu enigzins iets kunnen spreken? Het woord, hetwelk God in mijn mond leggen zal, dat zal ik spreken.
Verontreinigt dan het land niet, waarin gij gaat wonen, in welks midden Ik wonen zal; want Ik ben de HEERE, wonende in het midden der kinderen Israels.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (51)
- Exodus (29)
- Leviticus (53)
- Numberi (11)
- Deuteronomium (9)
- Jozua (7)
- Richteren (9)
- Ruth (5)
- 1 Samuël (26)
- 2 Samuël (24)
- 1 Koningen (17)
- 2 Koningen (5)
- 1 Kronieken (7)
- 2 Kronieken (7)
- Ezra (1)
- Esther (3)
- Job (32)
- Psalmen (78)
- Spreuken (7)
- Prediker (1)
- Hooglied (11)
- Jesaja (50)
- Jeremia (32)
- Klaagliederen (8)
- Ezechiël (77)
- Daniël (6)
- Hosea (7)
- Joël (3)
- Jona (2)
- Micha (3)
- Zefanja (1)
- Haggaï (38)
- Zacharia (8)
- Maleachi (2)
- Mattheüs (26)
- Markus (10)
- Lukas (24)
- Johannes (74)
- Handelingen (31)
- Romeinen (14)
- 1 Corinthiërs (17)
- 2 Corinthiër (19)
- Galaten (10)
- Efeziërs (3)
- Filippenzen (9)
- Colossenzen (4)
- 1 Timotheüs (3)
- 2 Timotheüs (6)
- Filémon (1)
- Hebreeën (1)
- 1 Petrus (2)
- 2 Petrus (1)
- 2 Johannes (1)
- 3 Johannes (1)
- Openbaring (15)