25 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Gekomen' in de Bijbel

Daarom zeide God tot Noach: Het einde van alle vlees is voor Mijn aangezicht gekomen; want de aarde is door hen vervuld met wrevel; en zie, Ik zal hen met de aarde verderven.

VersbegrippenGeweld Op AardeBeschrijving Van VleesPlaatsen VullenGeweldVernietiging Van Alle WezensHet Verwoeste UniversumGod DodendMensen EindigdenGod Doodt Alle MensenHet Einde Van De WereldOverstromingen

Zal Ik nu afgaan en bezien, of zij naar hun geroep, dat tot Mij gekomen is, het uiterste gedaan hebben, en zo niet, Ik zal het weten.

VersbegrippenGod Ziet De GoddelozenOnderzoekenSchreeuw

En zij riepen Lot toe, en zeiden tot hem: Waar zijn die mannen, die deze nacht tot u gekomen zijn? breng hen uit tot ons, opdat wij ze bekennen.

VersbegrippenZelfingenomenGrofheidHomosexualiteitGeplande Sexuele BandWaar Zijn Mensen?Sex

Toen zeiden zij: Kom verder aan! Voorts zeiden zij: Deze ene is gekomen, om als vreemdeling hier te wonen, en zoude hij alleszins rechter zijn? Nu zullen wij u meer kwaads doen, dan hun. En zij drongen zeer op den man, op Lot, en zij traden toe om de deur open te breken.

VersbegrippenVerleidingBedreigingenVerblijvenDruk UitoefenenGebroken DingenHet Lijden Van VreemdelingenErger

En Izak zeide tot hen: Waarom zijt gij tot mij gekomen, daar gij mij haat, en hebt mij van u weggezonden?

VersbegrippenWaarom Doe Je Dit?Individuen Haten

En hij zeide: Uw broeder is gekomen met bedrog, en heeft uw zegen weggenomen.

VersbegrippenVoorbeelden Van OnrechtMensen Die ZegenenZij Die Bedrogen

En de boden kwamen weder tot Jakob, zeggende: Wij zijn gekomen tot uw broeder, tot Ezau; en ook trekt hij u tegemoet, en vierhonderd mannen met hem.

VersbegrippenUitgestuurde BoodschappersVier- Tot VijfhonderdMensen OntmoetenVier- En Vijfhonderd

En God verscheen Jakob wederom, als hij van Paddan-Aram gekomen was; en Hij zegende hem.

VersbegrippenGod VerschijntGezegend Door God

Zo riep zij de lieden van haar huis, en sprak tot hen, zeggende: Ziet, hij heeft ons den Hebreeuwsen man ingebracht, om met ons te spotten; hij is tot mij gekomen, om bij mij te liggen, en ik heb geroepen met luider stem;

VersbegrippenGeplande Sexuele BandKinderen Misleiden

Toen sprak zij tot hem naar diezelfde woorden, zeggende: De Hebreeuwse knecht, dien gij ons hebt ingebracht, is tot mij gekomen, om met mij te spotten.

Toen gedacht Jozef aan de dromen, die hij van hen gedroomd had; en hij zeide tot hen: Gij zijt verspieders, gij zijt gekomen om te bezichtigen, waar het land bloot is.

VersbegrippenSpionerenMensen Die HerinnerenOnbewaaktKwetsbaarheid

En zij zeiden tot hem: Neen, mijn heer! maar uw knechten zijn gekomen, om spijze te kopen.

VersbegrippenEten KopenKwetsbaarheid

En hij zeide tot hen: Neen, maar gij zijt gekomen, om te bezichtigen, waar het land bloot is.

VersbegrippenOnbewaaktKwetsbaarheid

Hierin zult gij beproefd worden: zo waarlijk als Farao leeft! indien gij van hier zult uitgaan, tenzij dan, wanneer uw kleinste broeder herwaarts zal gekomen zijn!

VersbegrippenHet Jongste Kind

Het is nu geschied, als wij in de herberg gekomen waren, en wij onze zakken opendeden, zie, zo was ieders mans geld in den mond van zijn zak, ons geld in zijn gewicht; en wij hebben hetzelve wedergebracht in onze hand.

VersbegrippenHerbergenDe Daad Van OpenenContainers OpenenTijdelijk Blijven

En hij zeide: Vrede zij ulieden, vreest niet! Uw God en de God uws vaders heeft u een schat in uw zakken gegeven; uw geld is tot mij gekomen. En hij bracht Simeon tot hen uit.

VersbegrippenMensen Die Bevrijd Worden Door MensenGod Geeft Rijkdom

Als nu Jozef te huis gekomen was, zo brachten zij hem het geschenk, hetwelk in hun hand was, in het huis, en zij bogen zich voor hem ter aarde.

VersbegrippenGroetenBuigen Voor Jozef

Zij zijn ter stad uitgegaan; zij waren niet verre gekomen, als Jozef tot dengene, die over zijn huis was, zeide: Maak u op, en jaag die mannen achterna; en als gij hen zult achterhaald hebben, zo zult gij tot hen zeggen: Waarom hebt gij kwaad voor goed vergolden?

VersbegrippenOndankbaarheidMensen Die Niet Ver Weg ZijnHet Kwaad Voorgoed Betaald Zetten

Als dit gerucht in het huis van Farao gehoord werd, dat men zeide: Jozefs broeders zijn gekomen! was het goed in de ogen van Farao, en in de ogen van zijn knechten.

VersbegrippenRoemNieuws

Daarna zeide Jozef tot zijn broederen, en tot zijns vaders huis: Ik zal optrekken en Farao boodschappen, en tot hem zeggen: Mijn broeders en het huis mijns vaders, die in het land Kanaan waren, zijn tot mij gekomen.

VersbegrippenVertellen Over Bewegingen

Toen kwam Jozef en boodschapte Farao, en zeide: Mijn vader en mijn broeders, en hun schapen, en hun runderen, met alles wat zij hebben, zijn gekomen uit het land Kanaan, en zie, zij zijn in het land Gosen.

VersbegrippenVertellen Over Bewegingen

Voorts zeiden zij tot Farao: Wij zijn gekomen, om als vreemdelingen in dit land te wonen; want er is geen weide voor de schapen, die uw knechten hebben, dewijl de honger zwaar is in het land Kanaan; en nu, laat toch uw knechten in het land Gosen wonen!

VersbegrippenVerblijvenGeen VoedselIn Het Land Leven

Toen sprak Farao tot Jozef, zeggende: Uw vader en uw broeders zijn tot u gekomen;

Toen datzelve jaar voleind was, zo kwamen zij tot hem in het tweede jaar, en zeiden tot hem: Wij zullen het voor mijn heer niet verbergen, alzo het geld verdaan is, en de bezitting der beesten gekomen aan mijn heer, zo is er niets anders overgebleven voor het aangezichts mijns heren, dan ons lichaam en ons land.

VersbegrippenLichaamKuddesBeperkingen Van Het LichaamOnbepaalde Sommen GeldTekort Aan Andere Dingen Dan VoedselDingen Die Onthuld Worden

Nu dan, uw twee zonen, die u in Egypteland geboren waren, eer ik in Egypte tot u gekomen ben, zijn mijne; Efraim en Manasse zullen mijne zijn, als Ruben en Simeon.

VersbegrippenDe Aard Van AdoptieZonenTwee ZonenMensen Die Andere Dingen Bezitten

Public domain