9 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Gekomen' in de Bijbel

Vloekt Meroz, zegt de Engel des HEEREN, vloekt haar inwoners geduriglijk; omdat zij niet gekomen zijn tot de hulp des HEEREN, tot de hulp des HEEREN, met de helden.

VersbegrippenTegenkanting Tegen Zonden En KwaadDiensten Van Engelen Aan OngelovigenDe Goddeloze VervloekenGeen HulpVloeken

Als nu Gideon gekomen was aan de Jordaan, ging hij over, met de driehonderd mannen, die bij hem waren, zijnde moede, nochtans vervolgende.

VersbegrippenMensen NavolgenMoeheidDrie- Tot VierhonderdDriehonderd En MeerMoe Worden In AchtervolgingNiet OpgevenMoeGideon

En hij zond listiglijk boden tot Abimelech, zeggende: Zie, Gaal, de zoon van Ebed, en zijn broeders zijn te Sichem gekomen, en zie, zij, met deze stad, handelen vijandiglijk tegen u.

VersbegrippenUitgestuurde BoodschappersZij Die Bedrogen

Maar Jeftha zeide tot de oudsten van Gilead: Hebt gijlieden mij niet gehaat, en mij uit mijn vaders huis verstoten? waarom zijt gij dan nu tot mij gekomen, terwijl gij in benauwdheid zijt?

VersbegrippenHaatNoodIndividuen HatenHalfbroers

Voorts zond Jeftha boden tot den koning der kinderen Ammons, zeggende: Wat hebben ik en gij met elkander te doen, dat gij tot mij gekomen zijt, om tegen mijn land te krijgen?

VersbegrippenUitgestuurde BoodschappersWat Hebben We Gemeenschappelijk?

Zo verklaarde hij haar zijn ganse hart, en zeide tot haar: Er is nooit een scheermes op mijn hoofd gekomen, want ik ben een Nazireer Gods van mijn moeders buik af; indien ik geschoren wierd, zo zou mijn kracht van mij wijken, en ik zou zwak worden, en wezen als alle de mensen.

VersbegrippenOnthoudingMensen Die Ascetisme UitoefenenBaardenHarenHoofdenMessenScherenOvergeven Aan VerleidingGescheiden Van GodLang HaarVanuit De BaarmoederHaar

Als zij nu verre van Micha's huis gekomen waren, zo werden de mannen, zijnde in de huizen, die bij het huis van Micha waren, bijeengeroepen, en zij achterhaalden de kinderen van Dan.

VersbegrippenInhalen

Toen zij nu hun hart vrolijk maakten, ziet, zo omringden de mannen van die stad (mannen, die Belials kinderen waren) het huis, kloppende op de deur; en zij spraken tot den ouden man, den heer des huizes, zeggende: Breng den man, die in uw huis gekomen is, uit, opdat wij hem bekennen.

VersbegrippenGrofheidRuw TaalgebruikDecadentieHomosexualiteitKloppenGeplande Sexuele BandMisbruik

En de man, de heer des huizes, ging tot hen uit, en zeide tot hen: Niet, mijn broeders, doet toch zo kwalijk niet; naardien deze man in mijn huis gekomen is, zo doet zulke dwaasheid niet.

VersbegrippenMenselijke En Goddelijke Heerschappij

Public domain