'Hebben' in de Bijbel
Zij bekent toch niet, dat Ik haar het koren, en den most, en de olie gegeven heb, en haar het zilver en goud vermenigvuldigd heb, dat zij tot den Baal gebruikt hebben.
En Ik zal verwoesten haar wijnstok en haar vijgeboom, waarvan zij zegt: Deze zijn mij een hoerenloon, dat mij mijn boelen gegeven hebben; maar Ik zal ze stellen tot een woud, en het wild gedierte des velds zal ze vreten.
Gelijk zij meerder geworden zijn, alzo hebben zij tegen Mij gezondigd; Ik zal hunlieder eer in schande veranderen.
En zij zullen eten, maar niet zat worden, zullen hoereren, maar niet uitbreken in menigte; want zij hebben nagelaten den HEERE in acht te nemen.
Zij hebben trouwelooslijk gehandeld tegen den HEERE; want zij hebben vreemde kinderen gewonnen; nu zal hen de nieuwe maand verteren met hun delen.
Maar zij hebben het verbond overtreden als Adam; daar hebben zij trouwelooslijk tegen Mij gehandeld.
Wee hen, want zij zijn van Mij afgezworven; verstoring over hen, want zij hebben tegen Mij overtreden! Ik zou hen wel verlossen, maar zij spreken leugenen tegen Mij.
De bazuin aan uw mond; hij komt als een arend tegen het huis des HEEREN; omdat zij Mijn verbond hebben overtreden, en zijn tegen Mijn wet afvallig geworden.
Zij hebben koningen gemaakt, maar niet uit Mij; zij hebben vorsten gesteld, maar Ik heb het niet gekend; van hun zilver en hun goud hebben zij voor zichzelven afgoden gemaakt, opdat zij uitgeroeid worden.
Want zij hebben wind gezaaid, en zullen een wervelwind maaien; het zal geen staande koren hebben, het uitspruitsel zal geen meel maken; of het misschien maakte, vreemden zullen het verslinden.
Want zij zijn opgetogen naar Assur, een woudezel, die alleen voor zichzelven is; die van Efraim hebben boelen om hoerenloon gehuurd.
Dewijl zij dan onder de heidenen boelen om hoerenloon gehuurd hebben, zo zal Ik die nu ook verzamelen; ja, zij hebben al een weinig begonnen, vanwege den last van den koning der vorsten.
Zij hebben zich zeer diep verdorven, als in de dagen van Gibea; Hij zal hunner ongerechtigheid gedenken, Hij zal hun zonden bezoeken.
Israel is een uitgeledigde wijnstok, hij brengt weder vrucht voor zich; maar naar de veelheid zijner vrucht heeft hij de altaren vermenigvuldigd; naar de goedheid zijns lands, hebben zij de opgerichte beelden goed gemaakt.
Want nu zullen zij zeggen: Wij hebben geen koning; want wij hebben den HEERE niet gevreesd; wat zou ons dan een koning doen?
Zij hebben woorden gesproken, valselijk zwerende in het verbond maken; daarom zal het oordeel als een vergiftig kruid groenen, op de voren der velden.
Die van Efraim hebben Mij omsingeld met leugen, en het huis Israels met bedrog; maar Juda heerste nog met God, en was met de heiligen getrouw.
En nu zijn zij voortgevaren te zondigen, en hebben zich van hun zilver een gegoten beeld gemaakt, afgoden naar hun verstand, die altemaal smedenwerk zijn; waarvan zij nochtans zeggen: De mensen, die offeren, zullen de kalveren kussen.
Daarna zijn zij, naardat hunlieder weide was, zat geworden; als zij zat zijn geworden, heeft zich hun hart verheven; daarom hebben zij Mij vergeten.
Zijn scheuten zullen zich uitspreiden, en zijn heerlijkheid zal zijn als des olijfbooms, en hij zal een reuk hebben als de Libanon.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (50)
- Exodus (44)
- Leviticus (149)
- Numberi (90)
- Deuteronomium (112)
- Jozua (32)
- Richteren (20)
- Ruth (5)
- 1 Samuël (40)
- 2 Samuël (19)
- 1 Koningen (32)
- 2 Koningen (26)
- 1 Kronieken (14)
- 2 Kronieken (39)
- Ezra (17)
- Nehemia (26)
- Esther (3)
- Job (47)
- Psalmen (132)
- Spreuken (18)
- Prediker (11)
- Hooglied (5)
- Jesaja (81)
- Jeremia (154)
- Klaagliederen (25)
- Ezechiël (94)
- Daniël (29)
- Hosea (20)
- Joël (6)
- Amos (9)
- Obadja (7)
- Jona (1)
- Micha (6)
- Nahum (3)
- Habakuk (3)
- Zefanja (6)
- Zacharia (19)
- Maleachi (3)
- Mattheüs (77)
- Markus (41)
- Lukas (64)
- Johannes (70)
- Handelingen (67)
- Romeinen (36)
- 1 Corinthiërs (40)
- 2 Corinthiër (31)
- Galaten (12)
- Efeziërs (9)
- Filippenzen (5)
- Colossenzen (7)
- 1 Thessalonicenzen (17)
- 2 Thessalonicenzen (6)
- 1 Timotheüs (14)
- 2 Timotheüs (4)
- Titus (1)
- Filémon (2)
- Hebreeën (49)
- Jakobus (5)
- 1 Petrus (6)
- 2 Petrus (7)
- 1 Johannes (24)
- 2 Johannes (4)
- 3 Johannes (1)
- Judas (4)
- Openbaring (30)
Verwante onderwerpen
- Allen Hebben Gezondigd
- De Behoefte Om Christus Lief Te Hebben
- De Behoefte Om God Lief Te Hebben
- Een Goede Dag Hebben
- Een Relatie Hebben
- Er Geen Zaken Mee Hebben
- Geen Mensenkennis Hebben
- Geloof Hebben