'Iemand' in de Bijbel
Zo zal Ik ook niet voortvaren voor hun aangezicht iemand uit de bezitting te verdrijven, van de heidenen, die Jozua heeft achtergelaten, als hij stierf;
Ook zeide hij tot haar: Sta in de deur der tent; en het zij, zo iemand zal komen, en u vragen, en zeggen: Is hier iemand? dat gij zegt: Niemand.
Toen gingen die vijf mannen heen, en kwamen te Lais; en zij zagen het volk, hetwelk in derzelver midden was, zijnde gelegen in zekerheid, naar de wijze der Sidoniers, stil en zeker zijnde; en daar was geen erfheer, die iemand om enige zaak schande aandeed in dat land; ook waren zij verre van de Sidoniers, en hadden niets te doen met enigen mens.
En zij zeiden: Is er iemand van de stammen van Israel, die niet opgekomen is tot den HEERE te Mizpa? En ziet, van Jabes in Gilead was niemand opgekomen in het leger, tot de gemeente.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (1)
- Exodus (13)
- Leviticus (15)
- Numberi (7)
- Deuteronomium (10)
- Jozua (2)
- Richteren (4)
- 1 Samuël (2)
- 2 Samuël (7)
- 1 Koningen (1)
- 2 Koningen (4)
- 1 Kronieken (1)
- 2 Kronieken (2)
- Job (8)
- Psalmen (7)
- Spreuken (10)
- Prediker (5)
- Hooglied (1)
- Jesaja (9)
- Jeremia (3)
- Ezechiël (5)
- Hosea (2)
- Amos (1)
- Micha (1)
- Zacharia (2)
- Mattheüs (13)
- Markus (10)
- Lukas (11)
- Johannes (28)
- Handelingen (9)
- Romeinen (3)
- 1 Corinthiërs (22)
- 2 Corinthiër (7)
- Galaten (2)
- Filippenzen (1)
- Colossenzen (2)
- 1 Thessalonicenzen (1)
- 2 Thessalonicenzen (3)
- 1 Timotheüs (5)
- 2 Timotheüs (2)
- Titus (1)
- Hebreeën (10)
- Jakobus (10)
- 1 Petrus (3)
- 2 Petrus (1)
- 1 Johannes (5)
- 2 Johannes (1)
- Openbaring (10)