'Ligt' in de Bijbel
En zeggende: Heere! mijn knecht ligt te huis geraakt, en lijdt zware pijnen.
Gaat heen in het vlek, dat tegen u over ligt, en gij zult terstond een ezelin gebonden vinden, en een veulen met haar; ontbindt ze, en brengt ze tot Mij.
En de bijl ligt ook alrede aan den wortel der bomen; alle boom dan, die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen, en in het vuur geworpen.
En Frygie, en Pamfylie, Egypte, en de delen van Libye, hetwelk bij Cyrene ligt, en uitlandse Romeinen, beiden Joden en Jodengenoten;
Deze ligt te huis bij een Simon, lederbereider, die zijn huis heeft bij de zee; deze zal u zeggen, wat gij doen moet.
Zend dan naar Joppe, en ontbied Simon, die toegenaamd wordt Petrus; deze ligt te huis in het huis van Simon, den lederbereider, aan de zee, welke, hier gekomen zijnde, tot u spreken zal.
Maar tot den huidigen dag toe, wanneer Mozes gelezen wordt, ligt een deksel op hun hart.
Wij weten, dat wij uit God zijn, en dat de gehele wereld ligt in het boze.