'Na' in de Bijbel
En ik begaf mijn hart om met wijsheid te onderzoeken, en na te speuren al wat er geschiedt onder den hemel. Deze moeilijke bezigheid heeft God den kinderen der mensen gegeven, om zich daarin te bekommeren.
Ik haatte ook al mijn arbeid, dien ik bearbeid had onder de zon, dat ik dien zou achterlaten aan een mens, die na mij wezen zal.
Dies ik gezien heb, dat er niets beters is, dan dat de mens zich verblijde in zijn werken, want dat is zijn deel; want wie zal hem daarhenen brengen, dat hij ziet, hetgeen na hem geschieden zal?
Want wie weet, wat goed is voor den mens in dit leven, gedurende het getal der dagen van het leven zijner ijdelheid, welke hij doorbrengt als een schaduw? Want wie kan den mens aanzeggen, wat na hem wezen zal onder de zon?
Geniet het goede ten dage des voorspoeds, maar ten dage des tegenspoeds, zie toe; want God maakt ook den een tegenover den ander, ter oorzake dat de mens niet zou vinden iets, dat na hem zal zijn.
Ik keerde mij om, en mijn hart, om te weten, en om na te sporen, en te zoeken wijsheid en een sluitrede; en om te weten de goddeloosheid der zotheid, en de dwaasheid der onzinnigheden.
De dwaas maakt wel veel woorden; maar de mens weet niet, wat het zij, dat geschieden zal; en wat na hem geschieden zal, wie zal het hem te kennen geven?
Werp uw brood uit op het water, want gij zult het vinden na vele dagen.
Eer dan de zon, en het licht, en de maan, en de sterren verduisterd worden, en de wolken wederkomen na den regen.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (34)
- Exodus (9)
- Leviticus (9)
- Numberi (8)
- Deuteronomium (11)
- Jozua (19)
- Richteren (25)
- Ruth (4)
- 1 Samuël (18)
- 2 Samuël (17)
- 1 Koningen (27)
- 2 Koningen (14)
- 1 Kronieken (9)
- 2 Kronieken (21)
- Ezra (3)
- Nehemia (14)
- Esther (2)
- Job (8)
- Psalmen (5)
- Spreuken (4)
- Prediker (9)
- Jesaja (6)
- Jeremia (8)
- Ezechiël (7)
- Daniël (6)
- Hosea (3)
- Joël (1)
- Amos (1)
- Zacharia (1)