'Rust' in de Bijbel
Dezen nu zijn het, die David gesteld heeft tot het ambt des gezangs in het huis des HEEREN, nadat de ark tot rust gekomen was.
Zie, de zoon, die u geboren zal worden, die zal een man der rust zijn, want Ik zal hem rust geven van al zijn vijanden rondom henen; want zijn naam zal Salomo zijn, en Ik zal vrede en stilte over Israel geven in zijn dagen.
Is niet de HEERE, uw God, met ulieden, en heeft u rust gegeven rondom henen? Want Hij heeft de inwoners des lands in mijn hand gegeven, en dit land is onderworpen geworden voor het aangezicht des HEEREN, envoor het aangezicht Zijns volks.
Want David had gezegd: De HEERE, de God Israels, heeft Zijn volk rust gegeven, en Hij zal te Jeruzalem wonen tot in eeuwigheid.
En de koning David stond op zijn voeten, en hij zeide: Hoort mij, mijn broeders, en mijn volk! Ik had in mijn hart een huis der rust voor de ark des verbonds des HEEREN te bouwen, en voor de voetbank der voeten onzes Gods, en ik heb gereedschap gemaakt om te bouwen.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (2)
- Exodus (3)
- Leviticus (6)
- Deuteronomium (5)
- Jozua (5)
- Ruth (1)
- 2 Samuël (3)
- 1 Koningen (2)
- 2 Koningen (1)
- 1 Kronieken (5)
- 2 Kronieken (5)
- Nehemia (1)
- Esther (3)
- Job (7)
- Psalmen (6)
- Spreuken (3)
- Prediker (4)
- Jesaja (9)
- Jeremia (10)
- Klaagliederen (4)
- Ezechiël (1)
- Daniël (1)
- Micha (1)
- Zacharia (1)