3 gebeurtenissen
'Vogeltjes' in de Bijbel
Zij, en al het gedierte naar zijn aard, en al het vee naar zijn aard, en al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, naar zijn aard, en al het gevogelte naar zijn aard, alle vogeltjes van allerlei vleugel.
Daarna zal hij, om dat huis te ontzondigen, twee vogeltjes nemen, mitsgaders cederenhout, en scharlaken, en hysop.
Alwaar de vogeltjes nestelen; des ooievaars huis zijn de dennebomen.