1 Koningen 4:8

En dit zijn hun namen: de zoon van Hur was in het gebergte van Efraim.

Jozua 24:33

Ook stierf Eleazar, de zoon van Aaron; en zij begroeven hem op den heuvel van Pinehas, zijn zoon, die hem gegeven was geweest op het gebergte van Efraim.

Richteren 17:1

En er was een man van het gebergte van Efraim, wiens naam was Micha.

Richteren 19:1

Het geschiedde ook in die dagen, als er geen koning was in Israel, dat er een Levietisch man was, verkerende als vreemdeling aan de zijden van het gebergte van Efraim, die zich een vrouw, een bijwijf, nam van Bethlehem-Juda.

Treasury of Scripture Knowledge did not add