1 Samuël 2:7
De HEERE maakt arm en maakt rijk; Hij vernedert, ook verhoogt Hij.
Job 5:11
Om de vernederden te stellen in het hoge; dat de rouwdragenden door heil verheven worden.
Psalmen 75:7
Maar God is Rechter; Hij vernedert dezen, en verhoogt genen.
Deuteronomium 8:17-18
En gij in uw hart zegt: Mijn kracht, en de sterkte mijner hand heeft mij dit vermogen verkregen.
Job 1:21
En hij zeide: Naakt ben ik uit mijner moeders buik gekomen, en naakt zal ik daarhenen wederkeren. De HEERE heeft gegeven, en de HEERE heeft genomen; de Naam des HEEREN zij geloofd!
Jakobus 4:10
Vernedert u voor den Heere, en Hij zal u verhogen.
Psalmen 102:10
Vanwege Uw verstoordheid en Uw groten toorn; want Gij hebt mij verheven, en mij weder nedergeworpen.
Jesaja 2:12
Want de dag des HEEREN der heirscharen zal zijn tegen allen hovaardige en hoge, en tegen allen verhevene, opdat hij vernederd worde;
Jakobus 1:9-10
Maar de broeder, die nederig is, roeme in zijn hoogheid.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd