Hooglied 7:3

Uw twee borsten zijn als twee welpen, tweelingen van een ree.

Hooglied 4:5

Uw twee borsten zijn gelijk twee welpen, tweelingen van een ree, die onder de lelien weiden.

Hooglied 6:6

Uw tanden zijn als een kudde schapen, die uit de wasstede opkomen, die al te zamen tweelingen voortbrengen, en onder dezelve is geen jongeloos.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd