Jeremia 49:15
Want zie, Ik heb u klein gemaakt onder de heidenen, veracht onder de mensen.
1 Samuël 2:7-8
De HEERE maakt arm en maakt rijk; Hij vernedert, ook verhoogt Hij.
1 Samuël 2:30
Daarom spreekt de HEERE, de God Israels: Ik had wel klaarlijk gezegd: Uw huis en uws vaders huis zouden voor Mijn aangezicht wandelen tot in eeuwigheid; maar nu spreekt de HEERE: Dat zij verre van Mij; want die Mij eren, zal Ik eren, maar die Mij versmaden, zullen licht geacht worden.
Psalmen 53:5
Aldaar zijn zij met vervaardheid vervaard geworden, waar geen vervaardheid was; want God heeft de beenderen desgenen, die u belegerde, verstrooid; gij hebt hen beschaamd gemaakt, want God heeft hen verworpen.
Obadja 1:2
Ziet, Ik heb u klein gemaakt onder de heidenen, gij zijt zeer veracht.
Micha 7:10
En mijn vijandin zal het zien, en schaamte zal haar bedekken; die tot mij zegt: Waar is de HEERE, uw God? Mijn ogen zullen aan haar zien; nu zal zij worden tot vertreding, als slijk der straten.
Lukas 1:51
Hij heeft een krachtig werk gedaan door Zijn arm; Hij heeft verstrooid de hoogmoedigen in de gedachten hunner harten.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd