Job 37:21

En nu ziet men het licht niet als het helder is in den hemel, als de wind doorgaat, en dien zuivert;

Job 26:9

Hij houdt het vlakke Zijns troons vast; Hij spreidt Zijn wolk daarover.

Job 36:32

Met handen bedekt Hij het licht, en doet aan hetzelve verbod door dengene, die tussen doorkomt.

Job 38:25

Wie deelt voor den stortregen een waterloop uit, en een weg voor het weerlicht der donderen?

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain