Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
En Hij zeide tot de genoden een gelijkenis, aanmerkende, hoe zij de vooraanzittingen verkozen; zeggende tot hen:
New American Standard Bible
And He began speaking a parable to the invited guests when He noticed how they had been picking out the places of honor at the table, saying to them,
Kruisreferenties
Lukas 11:43
Wee u, Farizeen, want gij bemint het voorgestoelte in de synagogen, en de begroetingen op de markten.
Mattheüs 23:6
En zij beminnen de vooraanzitting in de maaltijden, en de voorgestoelten in de synagogen;
Richteren 14:12
Simson dan zeide tot hen: Ik zal nu ulieden een raadsel te raden geven; indien gij mij dat in de zeven dagen dezer bruiloft wel zult verklaren en uitvinden, zo zal ik ulieden geven dertig fijne lijnwaadsklederen, en dertig wisselklederen.
Spreuken 8:1
Roept de Wijsheid niet, en verheft niet de Verstandigheid Haar stem?
Ezechiël 17:2
Mensenkind, stel een raadsel voor, en gebruik een gelijkenis tot het huis Israels,
Mattheüs 13:34
Al deze dingen heeft Jezus tot de scharen gesproken door gelijkenissen, en zonder gelijkenis sprak Hij tot hen niet.
Markus 12:38-39
En Hij zeide tot hen in Zijn leer: Wacht u voor de schriftgeleerden, die daar gaarne willen wandelen in lange klederen, en gegroet zijn op de markten;
Lukas 20:46
Wacht u van de Schriftgeleerden, die daar willen wandelen in lange klederen, en beminnen de groetingen op de markten, en de voorgestoelten in de synagogen, en de vooraanzittingen in de maaltijden;
Handelingen 8:18-19
En als Simon zag, dat, door de oplegging van de handen der apostelen de Heilige Geest gegeven werd, zo bood hij hun geld aan,
Filippenzen 2:3
Doet geen ding door twisting of ijdele eer, maar door ootmoedigheid achte de een den ander uitnemender dan zichzelven.
3 Johannes 1:9
Ik heb aan de Gemeente geschreven; maar Diotrefes, die onder hen zoekt de eerste te zijn, neemt ons niet aan.
Vers Info
Context Lezingen
6 En zij konden Hem daarop niet weder antwoorden. 7 En Hij zeide tot de genoden een gelijkenis, aanmerkende, hoe zij de vooraanzittingen verkozen; zeggende tot hen: 8 Wanneer gij van iemand ter bruiloft genood zult zijn, zo zet u niet in de eerste zitplaats; opdat niet misschien een waardiger dan gij van hem genood zij;