Markus 4:37
En er werd een grote storm van wind, en de baren sloegen over in het schip, alzo dat het nu vol werd.
Job 1:19
En zie, een grote wind kwam van over de woestijn, en stiet aan de vier hoeken van het huis, en het viel op de jongelingen, dat ze stierven; en ik ben maar alleen ontkomen, om het u aan te zeggen.
Job 1:12
En de HEERE zeide tot den satan: Zie, al wat hij heeft, zij in uw hand; alleen aan hem strek uw hand niet uit. En de satan ging uit van het aangezicht des HEEREN.
Psalmen 107:23-31
Die met schepen ter zee afvaren, handel doende op grote wateren;
Jona 1:4
Maar de HEERE wierp een groten wind op de zee; en er werd een grote storm in de zee, zodat het schip dacht te breken.
Mattheüs 8:23-24
En als Hij in het schip gegaan was, zijn Hem Zijn discipelen gevolgd.
Lukas 8:22-23
En het geschiedde in een van die dagen, dat Hij in een schip ging, en Zijn discipelen met Hem; en Hij zeide tot hen: Laat ons overvaren aan de andere zijde van het meer. En zij staken af.
Handelingen 27:14-20
Maar niet lang daarna, sloeg tegen hetzelve een stormwind, genaamd Euroklydon.
Handelingen 27:41
Maar vervallende op een plaats, die de zee aan beide zijden had, zetten zij het schip daarop; en het voorschip, vastzittende, bleef onbewegelijk, maar het achterschip brak van het geweld der baren.
2 Corinthiër 11:25
Driemaal ben ik met roeden gegeseld geweest, eens ben ik gestenigd, driemaal heb ik schipbreuk geleden, een gansen nacht en dag heb ik in de diepte doorgebracht.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd