Markus 6:8
En Hij gebood hun, dat zij niets zouden nemen tot den weg, dan alleenlijk een staf, geen male, geen brood, geen geld in den gordel;
Mattheüs 10:9-10
Verkrijgt u noch goud, noch zilver, noch koper geld in uw gordels;
Lukas 9:3
En Hij zeide tot hen: Neemt niets mede tot den weg, noch staven, noch male, noch brood, noch geld; noch iemand van u zal twee rokken hebben.
Lukas 10:4
Draagt geen buidel, noch male, noch schoenen; en groet niemand op den weg.
Lukas 22:35
En Hij zeide tot hen: Als Ik u uitzond, zonder buidel, en male, en schoenen, heeft u ook iets ontbroken? En zij zeiden: Niets.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd