Prediker 4:5
De zot vouwt zijn handen samen, en eet zijn eigen vlees.
Jesaja 9:20
Manasse Efraim, en Efraim Manasse, en zij zullen te zamen tegen Juda zijn. Om dit alles keert Zijn toorn zich niet af, maar Zijn hand is nog uitgestrekt.
Job 13:14
Waarom zou ik mijn vlees in mijn tanden nemen, en mijn ziel in mijn hand stellen?
Spreuken 6:10-11
Een weinig slapens, een weinig sluimerens, een weinig handvouwens, al nederliggende;
Spreuken 11:17
Een goedertieren mens doet zijn ziel wel; maar die wreed is, beroert zijn vlees.
Spreuken 12:27
Een bedrieger zal zijn jachtvang niet braden; maar het kostelijk goed des mensen is des vlijtigen.
Spreuken 13:4
De ziel des luiaards is begerig, doch er is niets; maar de ziel der vlijtigen zal vet gemaakt worden.
Spreuken 20:4
Om den winter zal de luiaard niet ploegen; daarom zal hij bedelen in den oogst, maar er zal niet zijn.
Spreuken 24:33-34
Een weinig slapens, een weinig sluimerens, en weinig handvouwens, al nederliggende;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd