Psalmen 118:20
Dit is de poort des HEEREN, door dewelke de rechtvaardigen zullen ingaan.
Psalmen 24:3-4
Wie zal klimmen op den berg des HEEREN, en wie zal staan in de plaats Zijner heiligheid?
Psalmen 24:7
Heft uw hoofden op, gij poorten, en verheft u, gij eeuwige deuren, opdat de Koning der ere inga!
Jesaja 26:2
Doet de poorten open, dat het rechtvaardige volk daarin ga, hetwelk de getrouwigheden bewaart.
Openbaring 21:24-27
En de volken, die zalig worden, zullen in haar licht wandelen; en de koningen der aarde brengen hun heerlijkheid en eer in dezelve.
Psalmen 24:9
Heft uw hoofden op, gij poorten, ja, heft op, gij eeuwige deuren! opdat de Koning der ere inga!
Jesaja 35:8-10
En aldaar zal een verheven baan en een weg zijn, welke de heilige weg zal genaamd worden; de onreine zal er niet doorgaan, maar hij zal voor deze zijn; die dezen weg wandelt, zelfs de dwazen zullen niet dwalen.
Openbaring 22:14-15
Zalig zijn zij, die Zijn geboden doen, opdat hun macht zij aan den boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd