Psalmen 29:10

De HEERE heeft gezeten over den watervloed; ja, de HEERE zit, Koning in eeuwigheid.

Genesis 6:17

Want Ik, zie, Ik breng een watervloed over de aarde, om alle vlees, waarin een geest des levens is, van onder den hemel te verderven; al wat op de aarde is, zal den geest geven.

Psalmen 10:16

De HEERE is Koning eeuwiglijk en altoos; de heidenen zijn vergaan uit Zijn land.

Genesis 8:1-2

En God gedacht aan Noach, en aan al het gedierte, en aan al het vee, dat met hem in de ark was; en God deed een wind over de aarde doorgaan, en de wateren werden stil.

Job 38:8-11

Of wie heeft de zee met deuren toegesloten, toen zij uitbrak, en uit de baarmoeder voortkwam?

Job 38:25

Wie deelt voor den stortregen een waterloop uit, en een weg voor het weerlicht der donderen?

Psalmen 2:6-9

Ik toch heb Mijn Koning gezalfd over Sion, den berg Mijner heiligheid.

Psalmen 29:3

De stem des HEEREN is op de wateren, de God der ere dondert; de HEERE is op de grote wateren.

Psalmen 65:7

Die het bruisen der zeeen stilt, het bruisen harer golven, en het rumoer der volken.

Psalmen 93:1

De HEERE regeert, Hij is met hoogheid bekleed; de HEERE is bekleed met sterkte, Hij heeft Zich omgord. Ook is de wereld bevestigd, zij zal niet wankelen.

Psalmen 99:1

De HEERE regeert, dat de volken beven; Hij zit tussen de cherubim; de aarde bewege zich.

Psalmen 104:6-9

Gij hadt ze met den afgrond als een kleed overdekt; de wateren stonden boven de bergen.

Daniël 2:44

Doch in de dagen van die koningen zal de God des hemels een Koninkrijk verwekken, dat in der eeuwigheid niet zal verstoord worden; en dat Koninkrijk zal aan geen ander volk overgelaten worden; het zal al die koninkrijken vermalen, en te niet doen, maar zelf zal het in alle eeuwigheid bestaan.

Mattheüs 6:13

En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze. Want Uw is het Koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid, in der eeuwigheid, amen.

Markus 4:41

En zij vreesden met grote vreze, en zeiden tot elkander: Wie is toch Deze, dat ook de wind en de zee Hem gehoorzaam zijn?

1 Timotheüs 1:17

Den Koning nu der eeuwen, den onverderfelijken, den onzienlijken, den alleen wijzen God, zij eer en heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain