Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
Want zij spreken niet van vrede, maar zij bedenken bedriegelijke zaken tegen de stillen in het land.
New American Standard Bible
For they do not speak peace, But they devise deceitful words against those who are quiet in the land.
Onderwerpen
Kruisreferenties
Psalmen 31:13
Want ik hoorde de naspraak van velen; vreze is van rondom, dewijl zij te zamen tegen mij raadslaan; zij denken mijn ziel te nemen.
Psalmen 36:3-4
De woorden zijns monds zijn onrecht en bedrog; hij laat na te verstaan tot weldoen.
Psalmen 38:12
En die mijn ziel zoeken, leggen mij strikken; en die mijn kwaad zoeken, spreken verdervingen, en zij overdenken den gansen dag listen.
Psalmen 52:2
Uw tong denkt enkel schade als een geslepen scheermes, werkende bedrog.
Psalmen 64:4-6
Om in verborgen plaatsen den oprechte te schieten; haastig schieten zij naar hem, en vrezen niet.
Psalmen 120:5-7
O, wee mij, dat ik een vreemdeling ben in Mesech, dat ik in de tenten Kedars wone.
Psalmen 140:2-5
Die veel kwaads in het hart denken, allen dag samenkomen om te oorlogen.
Jeremia 11:19
En ik was als een lam, als een os, die geleid wordt om te slachten; want ik wist niet, dat zij gedachten tegen mij dachten, zeggende: Laat ons den boom met zijn vrucht verderven, en laat ons hem uit het land der levenden uitroeien, dat zijn naam niet meer gedacht worde.
Daniël 6:5
Toen zochten de vorsten en de stadhouders gelegenheid te vinden, tegen Daniel vanwege het koninkrijk; maar zij konden geen gelegenheid noch misdaad vinden, dewijl hij getrouw was, en geen vergrijping noch misdaad in hem gevonden werd.
Mattheüs 12:19
Hij zal niet twisten, noch roepen, noch zal er iemand Zijn stem op de straten horen.
Mattheüs 12:24
Maar de Farizeen, dit gehoord hebbende, zeiden: Deze werpt de duivelen niet uit, dan door Beelzebul, den overste der duivelen.
Mattheüs 26:4
En zij beraadslaagden te zamen, dat zij Jezus met listigheid vangen en doden zouden.
Handelingen 23:15
Gij dan nu, laat den overste weten met den raad, dat hij hem morgen tot u afbrenge, alsof gij nadere kennis zoudt nemen van zijn zaken; en wij zijn bereid hem om te brengen, eer hij bij u komt.
Handelingen 25:3
Begerende gunst tegen hem, opdat hij hem zou doen komen te Jeruzalem; en leggende een lage, om hem op den weg om te brengen.
1 Petrus 2:22-23
Die geen zonde gedaan heeft, en er is geen bedrog in Zijn mond gevonden;